herhaling gram tm bwb bvb (opdr 1 rvl)

PTA grammatica blok 5
bijwoordelijke en bijvoeglijke bepaling 
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

PTA grammatica blok 5
bijwoordelijke en bijvoeglijke bepaling 

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen


- Je kunt de bijwoordelijke bepaling (bwb) in een zin benoemen
- Je kunt de bijvoeglijke bepaling (bvb) in een zin benoemen

Slide 2 - Diapositive

PTA grammatica blok 5


over ongeveer 2 weken heb je PTA over grammatica blok 5. 

Slide 3 - Diapositive

Stappenplan zinsdelen herhaling
Persoonsvorm (pv): tijdsproef of zin vragend maken
Werkwoordelijk gezegde (wwg): pv + alle werkwoorden in de zin
Onderwerp (ond): wie/wat + wwg
Lijdend voorwerp (lv): wat/wie + wwg + ond
Meewerkend voorwerp (mv): aan/voor wie + wwg + ond + lv


Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Bijwoordelijke bepaling (bwb)
  • Geeft antwoord op vragen als: waar, wanneer, waardoor, waarmee, waarnaar, hoe, hoeveel?
  • Een bwb begint vaak met een voorzetsel
  • Blijven vaak als laatste over in de zin 
  • Niet elke zin heeft een bijwoordelijke bepaling (bwb)



Slide 6 - Diapositive

Er staat altijd een bijwoordelijke bepaling in de zin.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Wat is de bijwoordelijke bepaling/wat zijn de bijwoordelijke bepalingen in deze zin?

Met deze auto wil ik rijden.
A
met deze auto
B
wil rijden
C
auto
D
ik

Slide 8 - Quiz

Wat is de bijwoordelijke bepaling/wat zijn de bijwoordelijke bepalingen in deze zin?

Ik heb alles aan mijn vriendin verteld.
A
aan mijn vriendin
B
ik
C
alles
D
er is in deze zin geen bijwoordelijke bepaling

Slide 9 - Quiz

Wat is de bijwoordelijke bepaling/wat zijn de bijwoordelijke bepalingen in deze zin?

Ik heb mijn pyjama eigenlijk aan.
A
ik
B
heb
C
mijn pyjama
D
eigenlijk

Slide 10 - Quiz

Wat is de bijwoordelijke bepaling/wat zijn de bijwoordelijke bepalingen in deze zin?

Ik zou in Egypte willen wonen.

Slide 11 - Question ouverte

Wat is de bijwoordelijke bepaling/wat zijn de bijwoordelijke bepalingen in deze zin?

Deze zomer heb ik in Italië heerlijk gegeten.

Slide 12 - Question ouverte

Wat is de bijwoordelijke bepaling/wat zijn de bijwoordelijke bepalingen in deze zin?

Hij is op de fiets gekomen.

Slide 13 - Question ouverte

Slide 14 - Vidéo

Bijvoeglijke bepaling (bvb)
  • Het is geen apart zinsdeel, maar een deel van een ander zinsdeel
  • Het zegt iets over een zelfstandig naamwoord
  • Het kan voor of achter een zelfstandig naamwoord staan
  • Niet elke zin heeft een bijvoeglijke bepaling (bvb)

Slide 15 - Diapositive

Er staat altijd een bijvoeglijke bepaling in de zin.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Een bijvoeglijke bepaling zegt iets over een werkwoord.
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quiz

Een bijvoeglijke bepaling is een apart zinsdeel.
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Op een KLEIN eiland woont een leuke familie
A
bijwoordelijke bepaling
B
bijvoeglijke bepaling

Slide 19 - Quiz

Deze week was FANASTISCH!
A
bijwoordelijke bepaling
B
bijvoeglijke bepaling

Slide 20 - Quiz

Dat meisje is erg SOCIAAL
A
bijwoordelijke bepaling
B
bijvoeglijke bepaling

Slide 21 - Quiz

IN DE KRANT staat een leuk artikel over kwallen
A
bijwoordelijke bepaling
B
bijvoeglijke bepaling

Slide 22 - Quiz

In de krant staat een LEUK artikel over kwallen
A
bijwoordelijke bepaling
B
bijvoeglijke bepaling

Slide 23 - Quiz

Gisteren heb ik mijn voetbalwedstrijd gewonnen.
Wat is 'gisteren'?
A
Bijvoeglijke bepaling
B
Bijwoordelijke bepaling
C
Lijdend voorwerp
D
Meewerkend voorwerp

Slide 24 - Quiz

Huiswerk

Maak opdracht 1 
blz 185

Schrijf de zinnen over in je schrift

Slide 25 - Diapositive