ANFY TA Nieren overzicht

Nieren
Lesweek 4
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
fysiologieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Nieren
Lesweek 4

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Handhaving homeostase
  • Regulering van het bloedvolume en de bloeddruk > minder water in de urine leidt tot toename bloedvolume en bloeddruk)
  • Controle op zouten en waterhuishouding 

Slide 3 - Diapositive

Osmotische waarde
= concentratie opgeloste deeltjes (bv zout)

Als je alleen water binnen krijgt DAALT de osmotische waarde van het bloed


Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat is het teken voor de hypothalamus om meer ADH te gaan maken?
A
Lage osmotische waarde van het bloed
B
Hoge osmotische waarde van het bloed
C
Weinig zuurstof in het bloed
D
Veel CO2 in het bloed

Slide 6 - Quiz

Wat is het effect van ADH?
A
Meer productie voorurine
B
Minder productie voorurine
C
Meer terugresorbtie van water
D
Minder terugresorbtie van water

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Je drinkt een liter Spa Blauw en de osmotische waarde van je bloed daalt.

Wat gebeurt er met de productie van ADH?
A
Neemt toe
B
Neemt af
C
Blijft gelijk
D
Weet niet

Slide 9 - Quiz


Minder ADH

Minder terugresorbtie van water in het nefron

MEER urineproductie

Vaker plassen -->





Slide 10 - Diapositive

Aldosteron
De hoeveelheid zout en water in het lichaam wordt door meerdere hormonen gereguleerd.

Aldosteron is ook een hormoon dat hierbij betrokken is

Slide 11 - Diapositive

Aldosteron
Aldosteron 
Wordt geproduceerd in de bijnier

Bloeddruk daalt? --> MEER aanmaak aldosteron

Bloeddruk stijgt? --> MINDER aanmaak aldosteron








Slide 12 - Diapositive

Aldosteron
Aldosteron bevordert de werking van de Na/K pompen in het tweede gekronkelde nierbuisje.

Hoe meer Aldosteron hoe meer Na+ (natrium) (zout) er uit de voorurine wordt gehaald en terug naar het bloed wordt gepomt.

Zout trek water aan (osmose), dus er wordt ook water uit de voorurine gehaald

Meer aldosteron --> MINDER urineproductie














Slide 13 - Diapositive

Effect Aldosteron
Als de bloeddruk daalt --> MEER aanmaak aldosteron in de bijnieren --> in de distale tubulus wordt MEER natrium uit de voorurine gehaald. Met natrium komt ook water mee (osmose) --> er blijft MEER water en MEER natrium in het lichaam (en je plast er dus MINDER van uit) --> bloedvolume en bloeddruk stijgen 

Slide 14 - Diapositive

Casus
Je eet een zak chips (zout)
en drinkt een fles cola (water)

Slide 15 - Diapositive

Je krijgt een flinke hoeveelheid vocht en zout binnen. Wat gebeurt er met het bloedvolume en de bloeddruk?
A
Dalen
B
Stijgen
C
Blijven hetzelfde
D
Weet niet

Slide 16 - Quiz

De bloeddruk stijgt.
Wat gebeurt er met de aanmaak van aldosteron?
A
Neemt toe
B
Neemt af
C
Blijft hetzelfde
D
Weet niet

Slide 17 - Quiz

Aldosteron
Aldosteron 
Wordt geproduceerd in de bijnier

Bloeddruk lager --> MEER aanmaak aldosteron

Bloeddruk hoger --> MINDER aanmaak aldosteron








Slide 18 - Diapositive

Minder Aldosteron?
Minder heropname van zout en water vanuit de distale tubulus (tweede gekronkelde buisje)




Slide 19 - Diapositive

Minder aldosteron, minder heropname van zout en water uit distale tubulus..... wat gebeurt er dan met de urineproductie?
A
Neemt toe
B
Neemt af
C
Blijft gelijk

Slide 20 - Quiz

Minder aldosteron
Minder heropname zout en water in de distale tubulus

Meer urineproductie

Bloeddruk daalt 

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Bloeddrukmedicatie - Diuretica
Bij hoge bloeddruk  worden vaak medicijnen gegeven die werken via de nieren:
Diuretica

Meer plassen --> lagere bloeddruk

Bijwerking: xerostomie


Slide 24 - Diapositive