RECAP Latijn Aeneis H5 en H6
1 / 18
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Musa, mihi causas memora, quo numine laeso,
quidve dolens, regina deum tot volvere casus
insignem pietate virum, tot adire labores
impulerit. Tantaene animis caelestibus irae? (Verg Aen I 8-11)
Wie of wat wordt bedoeld met regina deum (9)?
quidve dolens, regina deum tot volvere casus
insignem pietate virum, tot adire labores
impulerit. Tantaene animis caelestibus irae? (Verg Aen I 8-11)
Wie of wat wordt bedoeld met regina deum (9)?
Slide 2 - Question ouverte
Wie is wie?
Creusa
Ascanius
Anchises
Dido
Slide 3 - Question de remorquage
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Wanneer gebeurde dit?
Vergilius sterft
slag bij Actium
Octavianus wordt Augustus
Augustus sterft
moord op Caesar
44 vChr
31 vChr
27 vChr
19vChr
14nChr
Slide 7 - Question de remorquage
Zet in de juiste chronologische volgorde
1
2
3
4
5
dood van Anchises
dood van Priamus
dood van Dido
dood van Hector
dood van Creusa
Slide 8 - Question de remorquage
Aeneas moet gehoorzamen aan:
A
Fama
B
Fatum
C
Pietas
D
Venus
Slide 9 - Quiz
Wie zit er op schoot bij Dido tijdens het feestmaal in boek 2 en 3 van de Aeneis?
A
Aeneas
B
Anchises
C
Ascanius
D
Cupido
Slide 10 - Quiz
De eerste helft van de Aeneis verwijst terug naar welk beroemd boek? (Gebruik geen lidwoord)
Slide 11 - Question ouverte
In somnis, ecce, ante oculos maestissimus Hector (Verg Aen II 270)
Welk metrisch fenomeen komt 2x voor in deze regel?
Welk metrisch fenomeen komt 2x voor in deze regel?
A
anafoor
B
elisie
C
enjambement
D
spondee
Slide 12 - Quiz
Over wie gaat de volgende versregel?
O lux Dardaniae, spes o fidissima Teucrum
(Verg Aen II 281)
O lux Dardaniae, spes o fidissima Teucrum
(Verg Aen II 281)
Slide 13 - Question ouverte
Over wie gaat ‘hostis’ in deze regel:
Hostis habet muros; ruit alto a culmine Troia.
(Verg Aen II 290)
Hostis habet muros; ruit alto a culmine Troia.
(Verg Aen II 290)
A
de Grieken
B
de Puniërs
C
de Rutuliërs
D
de Teucren
Slide 14 - Quiz
Hoe heet de vermoorde echtgenoot van Dido?
A
Achates
B
Jarbas
C
Sychaeus
D
Turnus
Slide 15 - Quiz
Dido kwam oorspronkelijk uit Phoenicië.
Waar kwam zij dus vandaan?
Waar kwam zij dus vandaan?
A
Libanon
B
Peloponessos
C
Sicilië
D
Tunesië
Slide 16 - Quiz
Wat is de taak van de Romeinen?
A
vivos ducent de marmore vultus
B
surgentia sidera dicent
C
regere imperio populos
D
hae tibi erunt artes
