Lesson 29: Comparison + 3.3 speaking + present continuous

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Lesson aims:
- I know how use comparisons in English
- I know how to use the present continuous
- I have finished 3.3 speaking
- I have finished project 2.2 videos on Edpuzzle

Slide 2 - Diapositive

Silent reading
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Homework

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

-er / -est
Bij woorden van één lettergreep gaan de trappen als volgt:
big - bigger than - the biggest
tall - taller than - the tallest
green - greener than - the greenest

Bij woorden die eindigen op -y:
Happy - happier than - the happiest
Busy - busier than - the busiest


Slide 6 - Diapositive

more / most
Bij woorden van drie of meer lettergrepen gaan de trappen als volgt:

beautiful / more beautiful than / the  most beautiful
interesting / more interesting than / the most interesting
stunning / more stunning than / the most stunning

Slide 7 - Diapositive

Uitzonderingen
Goed - beter - best                                 Good - better - best
Slecht - slechter - slechtst                 Bad - worse - worst 
Weinig - minder -  minst                       Little - less - least

Slide 8 - Diapositive

Present continuous

Slide 9 - Carte mentale

1.  Present ContiNUous gebeurt nu. 

  • signaalwoorden: now / at the moment / listen; ..... / look; .....
  • de handeling duurt even (aan het praten, aan het slapen, aan het lezen, etc.)
  • -ingvorm
  • je vertaalt het met 'aan het .....'

Slide 10 - Diapositive

2. Ik kan de Present Continuous maken.
to be (zijn)
AM
ARE
IS
werkwoord
ING
+
+

Slide 11 - Diapositive

Voorbeeld
I am screaming at my computer right now.

In het Engels gebruik je de Present Continuous als je praat over iets wat nu aan de gang is of iets wat je op dit moment aan het doen bent.

Slide 12 - Diapositive

3. eindigt het woord op een - e weg ermee!
Sommige werkwoorden eindigen op een 'stomme e'
(je schrijft hem wel maar je hoort hem niet)
move - moving
drive - driving
hope - hoping
make - making

Slide 13 - Diapositive

4. klinker + medeklinker = dubbele letter
sommige werkwoorden krijgen een verdubbeling van de medeklinker als er een klinker voor staat:
travel - travelling
run - running
plan - planning
swim - swimming
stop - stopping

Slide 14 - Diapositive

Present continuous
  1. Je gebruikt de Present Continuous als iets nu gebeurt.

  2. Dit is de vorm: am / are / is + ww + ing

  3. Werkwoord eindigt op -e? Weg ermee!

  4. Eén lettergreep, eindigt op klinker + medeklinker? = extra medeklinker!

Slide 15 - Diapositive

We ... the dishes right now

A
are doing
B
was doing
C
are do
D
was do

Slide 16 - Quiz

Look! They ... him his present
A
are give
B
were give
C
are giving
D
were giving

Slide 17 - Quiz

I ... a book for school right now
A
am read
B
am reading
C
was read
D
was reading

Slide 18 - Quiz

She ... her bag all by herself as we speak
A
is carrying
B
was carried
C
was carrying
D
is carry

Slide 19 - Quiz

Luciano and Antwan .......... (drive) a tractor.
A
is driveing
B
are driveing
C
is driving
D
are driving

Slide 20 - Quiz

I .......... (plan) a trip now.
A
am planning
B
am planing

Slide 21 - Quiz

The puppy .......... (take) a nap.
A
is takeing
B
is taking

Slide 22 - Quiz

He ... in the Alps this weekend
A
is skied
B
was skiing
C
was skied
D
is skiing

Slide 23 - Quiz

1 =
2=
3 =
4=
5=
6=
7=
8=
10=
9=
Luister en schrijf op een blad papier wat voor spellen zij aan het doen zijn.

Slide 24 - Diapositive

Make unit 3.3 speaking online
What?
Please make unit 3.2 listening exercise 1 till 10 in your online book.HK 11a (exercise 5 till 7 in your book).
Finished?
Make project 2.2 on Edpuzzle. If you have watched all the videos you'll receive 10 points for this task. 
timer
20:00

Slide 25 - Diapositive

Lesson aims:
- I know how use comparisons in English
- I know how to use the present continuous
- I have finished 3.3 speaking
- I have finished project 2.2 videos on Edpuzzle

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Lien

Slide 28 - Vidéo