Les 04 - Een betoog schrijven (3 klokuren)

Nederlands
JIT-TRAJECT
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Nederlands
JIT-TRAJECT

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt hiervoor wel tot 3 lessen reserveren. 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Argumenteren 
Het stellingenspel

Slide 3 - Diapositive

Energizer: "Stellingenspel"

Doel: De leerlingen op een actieve manier laten nadenken over argumenten en hen voorbereiden op een discussie.

Duur: 15 - 20 minuten

Een aantal stellingen die betrekking hebben op actuele of relevante onderwerpen voor de klas (bijvoorbeeld “Social media heeft een negatieve invloed op jongeren”, “Schooluniformen moeten verplicht zijn”, of “Het mbo biedt evenveel kansen als het hbo”).

Voorbereiding: Zet de stoelen in een grote kring of zorg voor voldoende ruimte zodat leerlingen zich vrij kunnen bewegen.

Uitleg: Vertel de leerlingen dat jullie een stellingenspel gaan doen waarbij ze hun mening moeten laten horen. Vertel dat je een stelling voorleest en dat de leerlingen vervolgens in de ruimte moeten staan:

Aan de ene kant van het lokaal als ze het eens zijn met de stelling.
Aan de andere kant als ze het oneens zijn.
In het midden als ze twijfelen of neutraal zijn.
Start het spel: Lees de eerste stelling voor en laat de leerlingen kiezen waar ze gaan staan. Geef ze kort de tijd om na te denken.

Argumentatie: Vraag enkele leerlingen uit elke groep (eens, oneens, neutraal) om kort hun mening toe te lichten. Ze mogen hierbij een argument geven waarom ze op die plek staan.

Reactie: Geef andere leerlingen de kans om op deze argumenten te reageren. Moedig hen aan om tegenargumenten te geven of om elkaar aan te vullen.

Herhaling: Herhaal dit proces met een paar verschillende stellingen. Zorg ervoor dat de stellingen uitdagend zijn en dat ze verschillende perspectieven oproepen.

Afsluiting: Eindig met een korte reflectie. Vraag de leerlingen wat ze hebben geleerd over argumenteren en waarom het belangrijk is om goede argumenten te kunnen geven.
Les 04 - planning
Wat gaan we tijdens deze les behandelen? 

  • hoe onderbouw je je mening?
  • analyseren van een overtuigende tekst (ook wel betoog genoemd)

met als doel ....? 

Slide 4 - Diapositive

Verkennen = oriënterend lezen/luistern
Samenvatten (5W1H) = globaal lezen/luisteren 

Bij de opbouw van een tekst speciale aandacht voor de inleiding deze les. 

... met als doel? Het beter begrijpen van een tekst of luisterfragment! 
Woordenlijst les 4
  • leesstrategieën - oriënteren, globaal ... 
  • verkennen
  • tekstopbouw betoog - inleiding, middenstuk, slot 
  • overtuigen
  • argument: subjectieve en objectieve argumenten
  • tegenargument en weerlegging

Schooltaalwoorden

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Groepsgesprek 'kritisch denken'


Waar haal jij je nieuws en/of feiten vandaan?

 Door wie laat jij je 'voeden'?

Waar kan de verspreiding van
nepnieuws toe leiden?

Waarom is het belangrijk om goed te kunnen beargumenteren? 








Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Wel werken, geen salaris'
We gaan zo een tekst lezen. Voordat we beginnen, verkennen we de tekst en bespreken we de opbouw.  

Waar denk je dat de tekst over gaat? 
Welke tekstonderdelen herken je nu al? 
Wat doet de schrijver in de inleiding?


OPDRACHT 
1 Lees nu de hele tekst 
2 Wat vind je van de titel? Vind je die pakkend/passend?
3 Arceer het standpunt
4 Arceer de twee argumenten, het tegenargument en de weerlegging
5 Omcirkel de signaalwoorden die de schrijver heeft gebruikt om de alinea's in te leiden.
6 Vul het schrijfplan in.


Slide 7 - Diapositive

Verken de tekst klassikaal. Zoals je ziet, mist de inleiding? Wat doet dit met de tekst? 

De studenten moeten ook tussenkopjes plaatsen. Bespreek waar nodig wat de functie hiervan is. Waarschijnlijk is het begrip wel bekend. 
Wil jij iemand overtuigen van jouw mening/standpunt?

Dan kom je natuurlijk met argumenten vóór jouw standpunt, maar geef je ook aan waarom mensen tegen zouden kunnen zijn. Deze argumenten weerleg je vervolgens om jouw standpunt nóg sterker te maken. 

Standpunt en argumenten, dit gaan we even oefenen:
Stel, het onderwerp is: de legalisering van softdrugs. 
  • Welk standpunt kun je daarbij verzinnen?
  • Bedenk twee argumenten vóór dit standpunt.




Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

5w1h bespreken: dit is samenvatten van de tekst (komt uit de journalistiek) en is een vorm van globaal lezen/luisteren: je haalt de hoofdzaken uit de tekst. 

Eventueel leuk om te vragen naar eigen ervaringen op het gebied van online dating en misschien wel ghosting. Er kan een discussie op gang komen over dit fenomeen en of je het oké vindt om te ghosten of juist niet (doel: argumenteren) 
Meervoudige argumentatie
Bij meervoudige argumentatie gebruik je meer dan één argument. Ieder argument is extra en staat los van de andere argumenten. Meervoudige argumentatie is de sterkste argumentatiestructuur.





WANT
Kun je nog een derde argument bedenken?

Slide 10 - Diapositive

Het signaalwoord 'want' kan helpen om argumenten te bedenken. 
Weerlegging

Een argument dat laat zien dat een argument zwak of onwaar is noemen we een weerlegging.


                                                                      Voorbeeld:


Het is fijn dat de aarde opwarmt, want dan kunnen we in ons eigen land lekker veel zonnen (argument voor). Maar de kans dat je huidkanker krijgt, wordt daardoor wel een stuk groter (argument tegen). Als je je echter genoeg insmeert met zonnebrandolie en niet te lang in de zon blijft, is er niets aan de hand (weerlegging).


Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Nog een voorbeeld.
        Nog een voorbeeld
Bedenk bij dit voorbeeld samen een tegenargument met weerlegging

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijfplan

Slide 14 - Diapositive

Een schrijfplan wordt gebruikt zodat je niet direct begint met het schrijven van een grote, lastige tekst. Meestal wordt de tekst minder goed en onduidelijk, als je hem niet goed voorbereid. 

Goed schrijven is een proces, als een trechter: 
1 informatie verzamelen 
2 structureren (schrijfplan)
3 schrijven
4 controleren 
Betoog schrijven
Je schrijft een betogende tekst. Je probeert de lezer van jouw standpunt te overtuigen. 
- Je krijgt hier feedback op! Meer op vorm dan op inhoud. 

Slide 15 - Diapositive

Met 'vorm' wordt bedoeld dat studenten feedback krijgen op hun schrijfkunsten, en minder op sterke of minder sterke argumenten. Een betoog wordt pas bij het examen geschreven. Het is nu belangrijk dat zij weten wat argumenteren is, dat beter kunnen en dat zij feedback krijgen op spelling/grammatica/samenhang etc. 
Afsluiting en evaluatie
Waar zou je nog extra uitleg over willen hebben?


'Top van de dag'
'Tip van de dag'





Tot morgen! 

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions