Schritt 2

• Duits
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Grammatik Schritt 2 und 3

Umlaut

Goed of fout?
Een Umlaut verandert de klank van de klinker

1. goed
2. fout

goed of fout?
Een Umlaut verandert soms de betekenis van een woord

1. goed
2. fout

Een Umlaut kan op iedere tweeklank geplaatst worden.

1. goed
2. fout

Luister naar de uitspraak en kies het woord dat GEEN Umlaut hoort te hebben.

Großbuchstaben

Wann?

Gebruik hoofdletters waar nodig.
hallo, mein name ist jonas.

Gebruik hoofdletters waar nodig.
ich bin 13 jahre alt.

Gebruik hoofdltetters waar nodig.
die farbe meiner augen ist braun.

De ringel - S

De ß (spreek uit: ringel S) is een letter in het Duitse alfabet.

Je spreekt het uit als een S.

In het Duits: Eszett.

Mache: Maak de ringel-s 5x foutloos in jouw werkboek.

ß of ss
Ich hei__e Thomas
heten

1. ß
2. ss

ß of ss
Mein Kopfki__en ist gelb.
kussen

1. ß
2. ss

Fragewörter

wo	wohin	woher
wie
was
wann
warum
welche
wer

Waar ben jij?

1. wer bist du?
2. wo bist du?

Wie ben jij?

1. Wie bist du?
2. Wer bist du?

Hoe gaat het?

1. Wer geht's?
2. Wie geht's?
3. Wo geht's?
4. Wann geht's

waar ga jij heen?
_____ gehst du?

1. wo
2. wohin
3. woher