506

Natuurkunde
Op tafel
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 36 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Natuurkunde
Op tafel

Slide 1 - Diapositive

Vandaag
  • Herhaling vorige les.
  • Samen voorbeeld opdrachten bekijken
  • Wat heeft vermogen met energie te maken? 
  • Opdrachten maken en nakijken

Slide 2 - Diapositive

Hoe verschillen laders van elkaar?

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Voorbeeld
Een kleine elektromotor levert een vermogen van 200 W.

De accu waar deze elektromotor op is aangesloten levert een spanning van 24 V.

Wat is de stroomsterkte door de motor?

Slide 7 - Diapositive

Voorbeeld
P = 200W
U = 24V
I?
Een kleine elektromotor levert een vermogen van 200 W.

De accu waar deze elektromotor op is aangesloten levert een spanning van 24 V.

Wat is de stroomsterkte door de motor?

Slide 8 - Diapositive

Voorbeeld
P = 200W
U = 24V
I?
Een kleine elektromotor levert een vermogen van 200 W.

De accu waar deze elektromotor op is aangesloten levert een spanning van 24 V.

Wat is de stroomsterkte door de motor?
UIP

Slide 9 - Diapositive

Voorbeeld
P = 200W
U = 24V
I?


Een kleine elektromotor levert een vermogen van 200 W.

De accu waar deze elektromotor op is aangesloten levert een spanning van 24 V.

Wat is de stroomsterkte door de motor?
UIP
I=UP=24200=8,33A

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Eerder: Vermogen
Het vermogen van een apparaat geeft 
aan hoe snel het energie verbruikt.
P=UI
UIP
P is het vermogen in Watt (W)
U is de spanning in volt (V)
I is de stroomsterkte in ampère (A)

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

87

Slide 15 - Diapositive

Vermogen...
.. geeft aan hoe snel een apparaat energie verbruikt.

... geeft aan hoeveel energie een apparaat in een bepaalde tijd verbruikt.

Slide 16 - Diapositive

Vermogen...
.. geeft aan hoe snel een apparaat energie verbruikt.

... geeft aan hoeveel energie een apparaat in een bepaalde tijd verbruikt.
vermogen=tijdenergie

Slide 17 - Diapositive

Vermogen...
.. geeft aan hoe snel een apparaat energie verbruikt.

... geeft aan hoeveel energie een apparaat in een bepaalde tijd verbruikt.
vermogen=tijdenergie
P=tE

Slide 18 - Diapositive

Elektrische energie
E=Pt
PtE
E is de elektrische energie in
     kilowattuur (kWh)
P is het elektrische vermogen in
    kilowatt (kW)
t is de tijd in uur (h)

Slide 19 - Diapositive

Omrekenen

1000 W     =    1 kW                                               1 uur = 3600 seconden
1000 kW = 1 MW                                             


3 600 000 J         =           1 kWh

Slide 20 - Diapositive

Voorbeeld 
Een elektrische kachel met een vermogen van 3000 W staat 
30 minuten aan. 
a. Hoeveel energie heeft de kachel verbruikt?

De prijs per kWh stroom is 40 cent. 
b. Bereken hoeveel het kost om de kachel een half uur aan te zetten. 
PtE

Slide 21 - Diapositive

Maak 89 t/m 104
vanaf blz 48
timer
1:00
behalve 99 en 102

Slide 22 - Diapositive

Pauze
timer
6:00

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Maak 100, 101, 103 & 104
vanaf blz 51
timer
10:00
behalve 99 en 102

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Maak 1 t/m 6
vanaf blz 68
timer
20:00
Dit is huiswerk voor volgende keer

Slide 36 - Diapositive