Basisstof 1 Thuis met elkaar

• Mens & Natuur
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Thuis in je huis

Thema 4

Thuis met elkaar

Leerdoelen

- vormen van samenleven noemen

- je kunt beschrijven wat mantelzorg is

- je kunt beschrijven wat emancipatie is

- je kunt beschrijven wat de taakverdeling in een gezin is. 

Huishouden

Een huishouden bestaat uit een of meerdere personen die op één adres wonen. 

In elk huishouden moeten er taken gedaan worden. Deze taken heet 'het huishouden doen'.  

Er zijn verschillende soorten huishoudens

- lat-relatie

- alleenstaand (singel)

- gehuwd samenwonen

- ongehuwd samenwonen

- 2 vrienden of zussen/broers

- gezin

- eenoudergezin

- samengesteld gezin

- grootfamilie

- woongroep

SAMENLEVING

VROEGER

Waren veel gezinnen hetzelfde

* werken vader

* huishouden moeder

* meer kinderen per huishouden

* opa en oma woonden vaak bij eigen kinderen in

NU

* meer vrouwen werken

* mannen meer bezig in huishouden

* minder kinderen (kleinere gezinnen)

* meer eenoudergezinnen

* meer alleenstaanden

* oudere mensen wonen vaker alleen

Mantelzorg

Mantelzorg is onbetaald. 

Dan zorg je langere tijd voor een familielid of voor een vriend. 

EMANCIPATIE 

Bij emancipatie krijgen verschillende groepen mensen dezelfde rechten

   Vrouwenemancipatie (gelijke rechten als de man)

- vrouwen mogen nu studeren, in militaire dienst, stemmen

gelijke rechten

RECHTEN:  wat je wel of niet MAG doen

VROUWEN EN MANNEN HEBBEN IN NEDERLAND DEZELFDE RECHTEN

PLICHTEN: wat je wel of niet MOET doen

Rolgedrag

Mannen en vrouwen doen precies wat er van ze verwacht wordt.

* zorgzame moeder * stoere kerel

Zorgtaken

Alles waarvoor gezorgd moet worden in het huishouden

* Koken
* Afwassen * Stofzuigen  

Een getrouwd stel is

1. gehuwd samenwonen
2. ongehuwd samenwonen
3. gezin
4. samengesteld gezin

twee mensen die bij elkaar wonen is

1. gehuwd samenwonen
2. ongehuwd samenwonen
3. gezin
4. samengesteld gezin

ouders met kind(eren)

1. samengesteld gezin
2. gezin
3. woongroep
4. grootfamilie

(stief)vader, (stief)moeder en kinderen zijn samen een

1. Grootfamilie
2. samengesteld gezin
3. eenhoudergezin
4. gezin

een vader of moeder die woont met een kind/kinderen

1. woongroep
2. samengesteld gezin
3. eenoudergezin
4. eenpersoonshuishouden

Een groep mensen die bij elkaar wonen

1. woongroep
2. samengesteld gezin
3. traditioneel gezin

Maken

opdracht 1 t/m 12