Examenstrategie 2: Functiewoorden

Examenstrategie 2:
Functiewoorden

Periode B
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Examenstrategie 2:
Functiewoorden

Periode B

Slide 1 - Diapositive

Functiewoorden
- Ben je vorige periode al tegen gekomen bij de grammar. 
- Komen in de woordenlijsten ook terug. 

Denk aan woorden zoals: besides, even though, however, 
therefore, whereas, furthermore, because, nevertheless, enz.

Slide 2 - Diapositive

Waarom belangrijk?
- Zijn belangrijk bij minstens 50% van de invulvragen (gap-fill).
- Zijn belangrijk voor minstens 50% van de andere meerkeuze
   vragen. 

Waarom? -> Ze geven verbanden in de tekst aan: oorzaak, 
gevolg, voorwaarde, opsomming, volgorde, conclusie, 
tegenstelling, vergelijking, voorbeelden. 

Slide 3 - Diapositive

Hoog scoren op examen?
- Ken je functiewoorden (betekenis).
- Weet wat voor doel/functie ze hebben. 
- Kijk naar het verband tussen twee alinea's, hoe linken ze aan
   elkaar, wat doet de ene anders dan de andere?
- Kleur/highlight/onderstreep ze altijd! 
- Ga bij vragen over verbanden/gap-fill altijd eerst opzoek naar 
   dit soort woorden!

Slide 4 - Diapositive

Uitbreiding / Opsomming
- actually, also, and, as well as, besides, both ... and ..., even, 
   first/second/third, furthermore, in addition,  indeed, in fact, 
   moreover, neither ... nor ..., not only ... but also ..., 
   one ... another ..., or, too, what's more 


Slide 5 - Diapositive

Reden / Oorzaak
- after all, as, as a result of, because, for, since 

Slide 6 - Diapositive

Tegenstelling
- actually, admittedly, although, besides, but, by contrast, 
   certainly, conversely, despite, either ... or ..., even so, however, 
   in fact, in spite of, instead, nevertheless, now, of course, 
   on the one hand ... on the other ... paradoxically, rather, still, 
   sure, then again, to be fair, true, whereas, while, yet

Slide 7 - Diapositive

Voorwaarde
- if, provided (that), unless

Slide 8 - Diapositive

Tijd / Volgorde
- before, earlier, eventually, initially, in the past, later, now, 
   once, present, today, until, meanwhile

+ jaartallen / seizoenen / dagen / (rang)telwoorden

Slide 9 - Diapositive

Gevolg / Conclusie
- after all, as a result, consequently, hence, in short, so, 
   that's why, therefore, thus

Slide 10 - Diapositive

Vergelijking
- as if, equally, likewise, similarly

Slide 11 - Diapositive

Voorbeelden
- for example, for instance, like, such as

Slide 12 - Diapositive

Today:
- Maak af: text 1 t/m 4 + exam text 1 t/m 3
- Lees examenstrategie 2
- Maak exam text 4

+ Bonusopdracht 2
+ Leesdossier
+ Boekverslag 

Slide 13 - Diapositive