Oefening Nederlands

• NT2
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 4

Les Nederlands

Vandaag gaan we aan de slag met:

• Teksten lezen
• Meningen en argumenten

Vul de zin met het juiste woord aan.

1 Als de schrijver uitlegt waarom hij iets vindt, geeft hij een […].

Wat is het onderwerp van de tekst?

A ingrediënten van vegetarische maaltijden
B kant-en-klaarmaaltijden met paardenvlees
C paardenvlees gevaarlijk voor mensen met een allergie

3 Wat is het verband tussen alinea 2, 3 en 4?
A oorzaak-gevolg
B opsomming
C tegenstelling
D voorbeeld

4 Welke mening staat in alinea 1?

5 Hoeveel argumenten geeft de schrijfster bij haar mening?

6 Voor wie kan het eten van paardenvlees gevaarlijk zijn?

7 In welke alinea trekt de schrijfster haar conclusie?

alinea […]

8 Aan welke woorden herken je de conclusie?

9 Wat staan er in tekst 1?
A vooral feiten
B vooral meningen
C zowel feiten als meningen

0 Wat is het belangrijkste doel van de tekst?
A amuseren
B informeren
C instrueren
D overtuigen

Vond je het moeilijk?

Waar heb je nog hulp bij nodig denk je?