Cette leçon contient 51 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 75 min
Éléments de cette leçon
Om + te + infinitief
Slide 1 - Diapositive
Doel
Je weet hoe je om + te + infinitief moet gebruiken.
Je hebt zinnen met om + te + infinitief geoefend.
Je hebt om + te + infinitief in je spreekvaardigheid geoefend.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Annet gaat naar de supermarkt om...
timer
1:00
Slide 10 - Question ouverte
In september ga ik een weekend naar Parijs om...
timer
1:00
Slide 11 - Question ouverte
John wil graag zijn Engels verbeteren om...
timer
1:00
Slide 12 - Question ouverte
Victoria wil elk jaar een week naar haar land om...
timer
1:00
Slide 13 - Question ouverte
Ik gebruik mijn mobiele telefoon om...
timer
1:00
Slide 14 - Question ouverte
In de winter is het vervelend om...
timer
1:00
Slide 15 - Question ouverte
Albert vindt het interessant om...
timer
1:00
Slide 16 - Question ouverte
Grammatica
Zijn + aan het + infinitief (hoofdstuk 6 In Zicht, pagina 207)
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
1. Elske schrijft een verslag (zijn + aan het + infinitief)
Slide 23 - Question ouverte
2. De docent schrijft de nieuwe woorden op (zijn + aan het + infinitief)
Slide 24 - Question ouverte
3. De loodgieter repareert de lekke waterleiding (zijn + aan het + infinitief)
Slide 25 - Question ouverte
4. Werk je vandaag in de tuin? (zijn + aan het + infinitief)
Slide 26 - Question ouverte
5. De politici discussiëren over de corona-crisis (zijn + aan het + infinitief)
Slide 27 - Question ouverte
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
Slide 31 - Diapositive
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Diapositive
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Diapositive
Ik vind het moeilijk om...
timer
1:00
Slide 36 - Question ouverte
Wouter vindt het een beetje saai om...
timer
1:00
Slide 37 - Question ouverte
Vandaag is het te warm om...
timer
1:00
Slide 38 - Question ouverte
Slide 39 - Diapositive
Slide 40 - Diapositive
Oefenen
Opdracht: Kijk naar de foto op het bord. Kun je hierbij alleen een zin met 'te' of zonder 'te' maken of allebei? Schrijf één zin of twee zinnen, met of zonder 'te'. We beoordelen samen of de zinnen goed zijn.