EHBsO lj1 lw 6 temperatuurletsels (koud) en vergiftiging

Overige letsels en kinderziekten
         
Temperatuurletsels (koude), vergiftiging en steken/beten
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
EHBsOMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 8 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Overige letsels en kinderziekten
         
Temperatuurletsels (koude), vergiftiging en steken/beten

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Behalve dat de schaatsers nog NIET op het ijs konden...kon er eigenlijk nog iets echt niet in het filmpje?

Slide 3 - Question ouverte

Wat doe je allemaal (of juist NIET) 
          bij onderkoeling van 
               een slachtoffer?

Slide 4 - Carte mentale

Lichte onderkoeling (slachtoffer rilt) 
 
  • Actief opwarmen → natte kleding uit, dekens, douche, kruiken, warme dranken
     (geen alcohol), kinderen → lauwwarm water met suiker (als ze niet misselijk zijn) 


Ernstige onderkoeling (<35 graden Celsius) 
slachtoffer rilt niet meer en krijgt toenemende stoornissen in de vitale functies → 
                                                             !!!!!! BEL  1-1-2 !!!!!!
  • Breng het slachtoffer zo snel mogelijk in een warme omgeving  
  • Verwijder natte kleding zonder te bewegen (eventueel wegknippen) 
  • Inpakken in (Fleece)dekens → zo mogelijk armen en benen apart van de romp en     eventueel plastic tegen de wind 
  • Slachtoffer suf of bewusteloos → geen drinken geven 
  • Gezicht vrijhouden 

Slide 5 - Diapositive

Wat is géén kenmerk van een slachtoffer met ernstige onderkoeling?
A
Het slachtoffer heeft het érg koud
B
Het slachtoffer rilt/ klappertandt hevig
C
De huid van het slachtoffer is bleek/blauwe vlekken
D
Het slachtoffer kan afwisselend agressief/ overdreven opgewekt/ eigenaardig onverschillig zijn

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Vidéo

1e graads  Bevriezing
2e graads Bevriezing

3e graads Bevriezing

Slide 8 - Question de remorquage

Kinderziektes
Belangrijk is dat je bij ziekte van een kind het goed in de gaten houdt, koorts kan snel stijgen en tot koortsstuip leiden ( zie fimpjes hierna).
Bel de huisarts of huisartsenpost bij:
  • een erg zieke indruk
  • verandering van de ademhaling
  • sufheid of kreunen
  •  mond niet open kunnen krijgen of niet kunnen slikken
  • opvallend kwijlen

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Vidéo

Einde les 6a.
We gaan verder met 'giftige stoffen' in de volgende les.


Slide 12 - Diapositive

Giftige stoffen
Dit staat er écht onder de gootsteen...
...maar dit zien kleine kinderen! 

Slide 13 - Diapositive

Wat doe je als iemand iets giftigs heeft ingeslikt?

Slide 14 - Carte mentale

EHBsO bij vergiftiging
Bel ALTIJD 112 --> overleg met centralist wat je moet doen

  • Chemische stoffen in de lucht en op de huid --> let op eigen veiligheid!
  • Spoelen bij chemische stoffen 30-45 min! 


Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Steken en beten
We nemen de  EHBsO door die hoort bij een steek of beet van:
  • teek
  • bij en wesp
  • slang
  • processierups
  • zeedieren Nederland; kwal en pieterman
  • berenklauw (plant)

Slide 17 - Diapositive

Geef de volgorde van de EHBsO bij een teek
1
2
3
4
5
desinfecteren
pincet pakken
in agenda zetten
koorts --> huisarts

Slide 18 - Question de remorquage

Wat is géén mogelijk symptoom van de ziekte van Lyme.
A
Griepachtige verschijnselen
B
Zonder antibiotica kan het zenuwstelsel worden aangetast
C
Hevige pijn op de plek waar de teek heeft gebeten
D
Een rode kring rondom de beetplek na 4-6 weken

Slide 19 - Quiz

WESP
BIJ

Slide 20 - Question de remorquage

Welke EHBsO pas je toe na de beet van een giftige slang?
A
wond uitzuigen en steriel verband aan leggen
B
niets
C
druk verband aanleggen en foto maken van de slang
D
afbinden van het gebeten lichaamsdeel

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Vidéo

Welke EHBsO hoort bij dit beest?

Slide 23 - Carte mentale

Slide 24 - Vidéo

Welke EHBsO pas je toe bij de steek van een kwal of Pieterman?
A
20-30 min koelen
B
20-30 met zo warm mogelijk water spoelen
C
er overheen plassen
D
direct 112 bellen

Slide 25 - Quiz

Welke van de onderstaande planten is de Berenklauw?
A
B
C
D

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Vidéo

Slide 28 - Diapositive

Afronding van de les
  • laatste theorie is besproken, start met leren voor het examen 

Slide 29 - Diapositive