Herhaling hoofdstuk 1

• Levensbeschouwing
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Herhaling hoofdstuk 1

Je laat zien dat:

Je het verschil weet tussen levensvragen en gewone vragen. 

Je kunt aangeven wat bestaanservaringen zijn. 

Is dit een levensvraag of niet?
"Is er leven na de dood?"

1. Levensvraag
2. Geen levensvraag

Is dit een levensvraag of niet?
"wat eten we vandaag?"

1. Levensvraag
2. Geen levensvraag

Is dit een levensvraag of niet?
"Wanneer is in de moskee het avondgebed?"

1. Levensvraag
2. Geen levensvraag

Is dit een levensvraag of niet?
"Bestaat toeval?"

1. Levensvraag
2. Geen levensvraag

Is dit een levensvraag of niet?
"Waarom krijgt die vrouw zoveel ellende te verduren in haar leven?"

1. Levensvraag
2. Geen levensvraag

Wanneer was de Tweede Wereldoorlog?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Waar ligt mijn wiskundeboek?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Waarom is liegen volgens jou verkeerd?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Zal ik later gelukkig worden?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Maak goede combinaties 

Feiten

Meningen

Persoonlijk

Belangrijk

simpel

Wanneer is het vakantie?

Levensvragen

Algemene vragen

Levensvragen

Algemene Vragen

Levensvragen

Algemene vragen

Sleep onderstaande levensvragen naar de goede groep.

Belangrijke dingen in het leven

Wie de mens is/wie jij bent

Omgaan met elkaar

Omgaan met lijden & dood

De tijd

De natuur

Is gamen het belangrijkste in je leven?

Wat vind je van het eten van vlees?

Vertel je alles aan je ouders?

Hoe is het leven ooit begonnen?

Waarom ben ik zo verlegen?

Waarom wordt hij gepest?

Maak de onderstaande zin af door één van de antwoorden te kiezen.

Een levensvraag is te herkennen aan drie dingen:

1. 1. Er is geen vast antwoord op de vraag; 2. De vraag gaat over echt belangrijke dingen; 3. Het gaat over grote onderwerpen.
2. 1. Er is geen vast antwoord op de vraag; 2. De vraag gaat over je eigen leven; 3. Het gaat over onderwerpen die jij belangrijk vindt.
3. 1. Er is een vast antwoord op de vraag; 2. De vraag gaat over van alles en nog wat; 3. Het gaat over het leven.
4. 1. Er is een vast antwoord op de vraag; 2. Het antwoord is de waarheid; 3. Het gaat over onderwerpen die jij belangrijk vindt.

Is de onderstaande vraag een gewone vraag of een levensvraag?

Waar ligt Maastricht?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Is de onderstaande vraag een gewone vraag of een levensvraag?

Hoe laat is het?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Is de onderstaande vraag een gewone vraag of een levensvraag?

Wat is liefde?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Is de onderstaande vraag een gewone vraag of een levensvraag?

Waarom doen mensen elkaar pijn?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Is de onderstaande vraag een gewone vraag of een levensvraag?

Wie bepaalt wat goed is en wat fout is?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Is de onderstaande vraag een gewone vraag of een levensvraag?

Op welke dag valt mijn verjaardag in het jaar 2056?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Is de onderstaande vraag een gewone vraag of een levensvraag?

Welke schoenen staan het mooiste bij deze broek?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Is de onderstaande vraag een gewone vraag of een levensvraag?

Waarom ben ik zo verlegen?

1. Gewone vraag
2. Levensvraag

Kies de juiste volgorde van ontbrekende woorden:

Veel mensen zijn niet dagelijks bezig met de vraag naar de zin van het ...... Ze hebben het goed naar de ..... Ze zijn bezig met zaken die de .... waard zijn in hun leven. Dat kan plezier zijn op ....., maar ook een fijn gezin of leuke .... Sommigen zin tevreden omdat ze succesvol zijn in hun ......

1. leven, moeite, vrienden, zin, sport, school
2. school, leven, zin, sport, moeite, vrienden
3. leven, zin, moeite, school, vrienden, sport
4. leven, zin, moeite, vrienden, school, sport

Persoonlijk

Persoonlijk

Persoonlijk

Gemeen-schappelijk

Gemeen-schappelijk

De levensovertuiging van Irene

De levensbeschouwing van een christen

De kijk op het leven van een Hindoe

De kijk van Kim op de belangrijkste dingen in het leven

De levensvisie van de leraar godsdienst

Getuige geweest van een
dodelijk ongeluk.

1. Gewone ervaring
2. Bestaanservaring

Wat hoort bij elkaar?

Gewone ervaring

Bestaans ervaring

Bestaans ervaring

Gewone ervaring

Getuige van een dodelijk ongeluk geweest

Proefwerk geleerd

Je beste vriend wijst je af

Avondeten

Een miljoen gewonnen met de Postcodeloterij.

1. Gewone ervaring
2. Bestaanservaring

Kampioen geworden met je team.

1. Gewone ervaring
2. Bestaanservaring

Op tv beelden gezien van mensen die zijn gemarteld.

1. Gewone ervaring
2. Bestaanservaring

De geboorte van een kind meegemaakt.
(bijv. jouw broertje/zusje...)

1. Gewone ervaring
2. Bestaanservaring

H1. Par. 1 t/m 5.
Proefwerk geleerd

1. Gewone ervaring
2. Bestaanservaring