MK2 Grammar 18/19 Recap

• Engels
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 2

Welcome MK2, Good morning!

Grammar Recap

- We herhalen grammar 18 & 19 Stepping Stones

- Je leert conjunctions (voegwoorden) gebruiken

- Je leert wanneer je de Present Simple tense als future gebruikt

Lesprogramma:

Grammar 18: Conjunctions

Stepping Stones Text Book: Page 111

Conjunctions = voegwoorden

  Ze worden gebruikt om zinnen, zinsdelen en woorden aan elkaar te plakken. 

En om het verband tussen zinsdelen aan te geven.

Conjunctions

Met voegwoorden kun je een opsomming  (and), reden of oorzaak (because), gevolg (so (that)), keuze (or) of tegenstelling (but) aangeven. 

Kun je een zin maken met een conjunction/voegwoord erin? Typ je zin hier:

I was late for work, ...... my bike had a flat tyre!

1. or
2. because

I really want to buy this car, ..... I think my husband won't like it.

1. so
2. but

Does he like salty snacks ..... does he like chocolate more?

1. or
2. so that

A new season of 'Alexa & Katie' is on Netflix tonight, ..... I'm going to watch it.

1. because
2. so

..... Pete is ill, he has to stay in bed.

1. because
2. so

She has brown hair, she has blonde hair ….. she has black hair.

1. and
2. so

Grammar 19

Stepping Stones text Book: Page 121

Wanneer gebruiken we de Present Simple Tense (tegenwoordige tijd) ook alweer?

Present Simple als Future

De present simple (tegenwoordige tijd) ken je al voor feiten, gewoonten en zaken met regelmaat:

 - I have a sister.

 - He plays tennis on Sundays.

 - We often take pictures of birds and butterflies. 

Present Simple

Present Simple als Future

Je maakt de present simple door het hele werkwoord zonder 'to' te gebruiken:

 - We go swimming every day.

 - I work as a teacher.  

Bij she/he/it geldt de SHIT-regel: 

 - She runs 5 miles every week.

 - The dog never goes into the water. 

Present Simple

Maak een zin met de Present Simple en typ die hier:

Present Simple als Future

De present simple kun je ook gebruiken om over de toekomst (future) te praten, maar alleen als je spreekt over tijdschema’s, roosters en dienstregelingen: 

- My work starts at nine o'clock.

- We stay in Paris for one more week.

- The bus leaves in 30 minutes.

Present Simple als Future

Wanneer gebruiken we de Present Simple als Future?

Present Simple als Future

• arrive          The bus arrives in one hour.
• start            The news starts in ten minutes.
• close          These shops close when it gets dark.
• finish          What time does your dad finish work?
• open           The zoo opens at 8 o'clock.
• end             The film ends at midnight.
• begin         When does the match begin?
• depart       My train departs in fifteen minutes.
• leave          I leave five minutes before school starts. 

Present Simple als Future

Do you know when the film .... (start).

1. start
2. starts

I have to go now, because my train ... (depart) in 5 minutes.

1. depart
2. departs

When ..... we ..... (leave) for Bristol?

1. do ... leave
2. does ... leave

Our classes ... (end) at 3 pm.

1. ends
2. end

When .... the next train .... (arrive)?

1. do....arrive
2. does .... arrive

Present Simple als Future

Maak je PTO4 eindopdracht voor Engels

Have a good week M2!

Homework