Week 51 - H6: Bouwstenen

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Vandaag...

1. Leerdoelen & terugblik (5 minuten)
2. Startopdracht (15 minuten)
3. Korte uitleg (10 minuten)
4. H6: Bouwstenen 6.1 (20 minuten)
5. Zelfstandig werken & nakijken (15 minuten)
6. Blooket-quiz (10 minuten)
7. Afsluiten (5 minuten)

Leerdoelen, aan het einde van de les kun je...

• Berekenen wat de evenwichtsprijs is in een bepaalde situatie.
  
• Berekenen wat de evenwichtshoeveelheid is in een bepaalde situatie.
  
• Een vraaglijn tekenen op basis van de gegevens en een vergelijking.
  
• Een aanbodlijn tekenen op basis van de gegevens en een vergelijking.
  
• Het verschil uitleggen tussen de betalingsbereidheid en leveringsbereidheid.
  
• Uitleggen welke invloeden er nog meer op vraag en aanbod zijn naast de prijs.

Terugblik & FE H6

Waar hebben we het tot nu toe over gehad?

Formatieve toets Hoofdstuk 6: 14 januari 2025

Beoordeling: OMVG

Stof: H6 + Bouwstenen 

Vraag naar arbeid

Aanbod van arbeid

Werkgever

Werknemer

Werkgelegenheid

Beroepsbevolking

Vacatures

Werklozen

Aanbod van arbeid

Het aanbod van arbeid bestaat uit alle mensen die betaald werk hebben of zoeken voor 1 uur of meer per week.

Werklozen tellen mee in het aanbod als zij onmiddellijk een nieuwe baan kunnen aanvaarden!

Vraag naar arbeid

De vragers naar arbeid zijn ondernemingen en niet-commerciële instellingen die mensen in betaalde dienst hebben, of willen hebben, voor meer dan 1 uur per week.

Wat wordt in de economie bedoeld met een markt?

1. Een fysieke plek waar producten worden verkocht.
2. Een systeem waarin vraag en aanbod samenkomen.
3. Een winkelcentrum waar consumenten producten kopen.
4. Een verzameling van winkels in een stad.

De vraagfunctie is 𝑄𝑣 = 80 − 4𝑃 en de aanbodfunctie is 𝑄𝑎 = 20 +2𝑃. Wat is de evenwichtsprijs?

1. €10,-
2. €8,-
3. €12,-
4. €6,-

De vraagfunctie is 𝑄𝑣 = 80 − 4𝑃 en de aanbodfunctie is 𝑄𝑎 = 20 +2𝑃. Wat is de evenwichtshoeveelheid?

1. 40
2. 50
3. 60
4. 30

De vraagfunctie is 𝑄𝑣 = 80 − 4𝑃 en de aanbodfunctie is 𝑄𝑎 = 20 +2𝑃. Pe = €10,-. Qe = 40. Wat is de omzet in de evenwichtssituatie? (noteer als 12,34)

De vraagfunctie is 𝑄𝑣 = 80 − 4𝑃 en de aanbodfunctie is 𝑄𝑎 = 20 +2𝑃. Wat is de minimale leveringsbereidheid? (noteer als 12,34)

De vraagfunctie is 𝑄𝑣 = 80 − 4𝑃 en de aanbodfunctie is 𝑄𝑎 = 20 +2𝑃. Wat is de maximale betalingsbereidheid? (noteer als 12,34)

Wat is een voorbeeld van investeren?

1. Het kopen van een nieuwe telefoon voor persoonlijk gebruik.
2. Het aanschaffen van een machine om een productiefabriek te starten.
3. Het betalen van huur voor een woning.
4. Het kopen van eten voor dagelijks gebruik.

Wie zijn producenten in een economie?

1. Bedrijven en personen die goederen en diensten kopen.
2. Bedrijven en personen die goederen en diensten aanbieden.
3. Personen die financiële investeringen doen.
4. Bedrijven die kapitaalgoederen kopen.

De vraagfunctie is: Qv =60−3P. Welk punt ligt op deze lijn?

1. P = 10, Q = 45
2. P = 5, Q = 45
3. P = 5, Q = 50
4. P = 10, Q = 30

Uitleg: Hoe zat het ook alweer?

1. Uitleggen wat het prijsmechanisme is.
   
2. Uitleggen wat het verschil is tussen investeren en consumeren.
   
3. Uitleggen wat consumenten en producenten zijn.
   
4. Uitleggen wat goederen en diensten zijn.
5. Uitleggen wat het verschil is tussen primaire goederen en luxe goederen.
   
6. Uitleggen wat het verschil is tussen een concrete markt en een abstracte markt.

Zelfstandig werken!

Wat? Bouwstenen H6 (blz. 89)-> Alleen Bouwsteen 6.1 Gesubsidieerde energie (a t/m j)!

Hoe? Overleggen mag, fluisteren

Hulp? Vraag het aan de docent!

Tijd? Tot 14:20. Hierna gaan we de opdrachten direct

bespreken!

Klaar? Nakijken of leren voor Formatieve toets.

(antwoordboekje staat online)

Terugblik & FE H6

Waar hebben we het tot nu toe over gehad?

Formatieve toets Hoofdstuk 6: 14 januari 2025

Beoordeling: OMVG

Stof: 6.1 t/m 6.28 + Bouwstenen 6.1

Wat heb je geleerd?

Wat heb je geleerd?