kleding en kleuren

1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsBasisschoolGroep 6,7

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Slide 3 - Vidéo

Slide 4 - Diapositive

wich cloths do
you know? Weet jij al
kledingstukken in het Engels?
Kijk maar eens terug...

Slide 5 - Carte mentale

What are you wearing today?

Slide 6 - Question ouverte

Which colours do you
know in English

Slide 7 - Carte mentale

Slide 8 - Diapositive

Which colours are you wearing today?

Slide 9 - Question ouverte

Wat is het Nederlandse woord voor
blue ?
A
blauw
B
paars
C
zwart
D
oranje

Slide 10 - Quiz

Wat is het Nederlandse woord voor
pink ?
A
geel
B
groen
C
roze
D
rood

Slide 11 - Quiz

Wat is het Nederlandse woord voor
yellow ?
A
oranje
B
paars
C
bruin
D
geel

Slide 12 - Quiz

Wat is het Engelse woord voor
bruin ?

Slide 13 - Question ouverte

Wat is het Engelse woord voor
groen ?

Slide 14 - Question ouverte

dress
boots
socks
pants
hat
Sleep de plaatjes naar het goede woord

Slide 15 - Question de remorquage

Doe het nog een keer
shoes
coat
skirt
shirt
mittens

Slide 16 - Question de remorquage

welke 5 woorden heb je nu geleerd?

Slide 17 - Question ouverte

Hoe vond je deze les?

Slide 18 - Question ouverte

well done

Slide 19 - Diapositive