Argumentatie deel 2

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Argumentatie H3B

Hoofdstuk 3 | Lezen

Deze les

- Stil lezen

- Uitleg: argumenteren

- Opdrachten maken

ARGUMENT

Bij een mening hoort een argument.

Met een argument leg je uit waarom je iets vindt. 

Een argument begint bijvoorbeeld met: omdat, want, daarom 

Stervoetballer Vinicius breekt

De voetballer stopt niet met spelen. 

Welke argumenten heeft hij hiervoor?

Enkelvoudige argumentatie 

Het standpunt wordt met één argument onderbouwd.

Nevenschikkende argumentatie

Het standpunt wordt onderbouwd door argumenten die los van elkaar staan.

Onderschikkende argumentatie

Een gebruikt argument wordt door een ander argument ondersteund.

Nevenschikkende en onderschikkende argumentatie

Als een schrijver meer argumenten gebruikt, waarvan hij één of meer onderbouwt met een ondersteunend argument.

Argumenten bedenken

Kies een stelling:

Discriminatie bestaat niet in Nederland

OF

Toeschouwers die racistische beledigingen maken, moeten een levenslang stadionverbod krijgen.

Bedenk argumenten voor en een argument tegen.

Geef een uitleg bij het argument (nevenschikkend)

Geef een voorbeeld bij het argument.

Maken: 

weektaak: opdr 1, 2, 4 en 5

Deze les:

Leerdoel: argumentatie weergeven in een blokjesschema