Klas 2 H5 par 3 Sparen en interen

Klas 2
Hoofdstuk 5 Rondkomen
5.3 Sparen en interen
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Klas 2
Hoofdstuk 5 Rondkomen
5.3 Sparen en interen

Slide 1 - Diapositive

Regels: 
  1. telefoons in de telefoontas
  2. tijdens de uitleg ben je stil
  3. vraag? steek je vinger op  

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  1. Herhalen  paragraaf 2 vast en incidenteel
  2. Uitleg paragraaf 3 Sparen en interen
  3. huiswerk paragraaf 3 en rekentrainer 3

Slide 3 - Diapositive

Terugblik les 5.2

Slide 4 - Diapositive

Leerdoelen 5.2

  • Ik weet wat vaste lasten zijn
  • Ik kan voorbeelden geven van vaste lasten
  • Ik weet wat incidentele uitgaven zijn
  • Ik kan voorbeelden geven van incidentele uitgaven

Slide 5 - Diapositive

Opdracht

Schrijf voor jezelf op;
3 vaste lasten
3 incidentele lasten

Slide 6 - Diapositive

Contributie hockey
A
dagelijkse uitgaven
B
vaste lasten
C
incidentele uitgaven

Slide 7 - Quiz

Naar de bioscoop gaan is een voorbeeld van ....
A
Dagelijkse uitgaven
B
Vaste lasten
C
Incidentele uitgaven
D
Reserveringen

Slide 8 - Quiz

Reparatie van een computer?
A
dagelijkse uitgaven
B
incidentele uitgaven
C
vaste lasten

Slide 9 - Quiz

Welke soorten uitgaven kun je onderscheiden?
A
Huishoudelijke uitgaven en vaste lasten
B
Dagelijkse lasten en vaste huishoudelijke uitgaven
C
Incidentele, huishoudelijke uitgaven, vaste Lasten
D
Kleine en grote uitgaven

Slide 10 - Quiz

Tot welke groep uitgaven behoort je abonnementskosten van je telefoon?
A
Totale uitgaven
B
Huishoudelijke uitgaven
C
Vaste lasten
D
Incidentele uitgaven

Slide 11 - Quiz

Huishoudelijke uitgaven
Incidentele uitgaven
Vaste uitgaven
Persoonlijke uitgaven
Koelkast
Fristi
Gas/water/licht
Kleding
Kapper
Auto
Abonnement
Wasmiddel

Slide 12 - Question de remorquage

uitgaven
  • Vaste lasten = uitgaven die steeds terug komen en bijna altijd even hoog zijn


  • Incidentele lasten = uitgave die je af en toe doet.

Slide 13 - Diapositive

Incidentele uitgaven
Zijn uitgaven die je niet zo vaak doet, of waarvoor je moet sparen. 

Onverwacht en onregelmatig. Het is verstandig om er geld voor te reserveren/sparen.

Voorbeelden: reparatie van de koelkast of auto, een winterjas, een verre reis of een verkeersboete.

Slide 14 - Diapositive

Sparen en interen

Slide 15 - Diapositive

Leerdoelen 5.3

  • Ik weet hoe ik rond kan komen van mijn geld
  • Ik kan uileggen hoe ik tekorten kan voorkomen
  • Ik weet wat een budget is.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Budget:
Een budget is de hoeveelheid geld die een persoon te besteden heeft. Hiervan moet je een bepaald soort uitgaven doen

Er zullen keuzes gemaakt moeten worden om binnen een budget te blijven.

Slide 18 - Diapositive

Gevolgen
Uitgaven < budget
- hou je geld over
- sparen

Uitgaven > budget
- teer je in om je spaargeld
- ontstaan er financiële problemen -> evt. lenen

Slide 19 - Diapositive

Spaarrekening
Bankrekening

Slide 20 - Diapositive

Je wilt een Macbook kopen van 1300 euro... Hoe los je dit op?

Slide 21 - Diapositive

Sparen
Prijs: 300 euro
Ik krijg elke maand  20 euro
zakgeld. Hoeveel maanden
moet ik sparen voor een PS4?

aankoopbedrag : spaarbedrag per maand
aantal spaarmaanden

Slide 22 - Diapositive

Sparen
aankoopbedrag : aantal spaarmaanden 
= spaarbedrag per maand

Ik heb een nieuwe iPhone gekocht
van 1000 euro. Ik heb voor deze 
telefoon 12 maanden gespaard.
Hoeveel heb ik per maand gespaard?

Slide 23 - Diapositive

sparen of interen? 

Slide 24 - Diapositive

interen 

Slide 25 - Diapositive

Maken:
Basis -> opdr. 25-26-27-28

Kader -> opdr. 7 - 8 

Slide 26 - Diapositive

Wat heb je geleerd?

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo

Aan de slag! 
1. Huiswerk paragraaf 3
2. Maak rekentrainer 5.3


Slide 29 - Diapositive