Week 2 periode 3 Gastvrijheid

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

BNL                           Gastvrijheid

Week 2                                                                                                Periode 1.3

Deze week

- herhaling week 1 > woordraadstrategie en beeldspraak

- herhalen tekstsoort en tekstdoel + opdracht

- planning presentaties

- Starttaal online

De vijf woordraadstrategiën

• Zoek naar een synoniem
  
• Omschrijving van het woord
  
• Voorbeeld
  
• Tegenstelling
  
• Bekend woorddeel
  

Wat is beeldspraak?

Welke strategie wordt gebruikt?
Als je gastvrij bent, wil dat zeggen dat je wilt dat je gasten zich prettig voelen bij jou.

1. Synoniem
2. Tegenstelling
3. Omschrijving van het woord
4. Bekend woorddeel

Welke strategie wordt gebruikt?
Ook in de publieke sector is gastvrijheid van belang. Patiënten in het ziekenhuis of een huisartsenpraktijk willen zich welkom voelen en burgers die een nieuw rijbewijs aanvragen, willen in het gemeentehuis niet in een lange rij terecht komen.

1. Voorbeeld
2. Omschrijving van het woord
3. Zoeken naar een synoniem
4. Tegenstelling

Beeldspraak is soms letterlijk taalgebruik.

1. Waar
2. Niet waar

Starttaal online maken

- Starttaal online > 2F > Lezen > Opbouwopdrachten > Onbekende woorden en beeldspraak > Opdracht 5

- Starttaal online > 2F > Lezen > Meters maken > Opdracht 2

Tekstdoelen en tekstsoorten

Periode 1 aan gewerkt, opfrissen en opdracht.

Wat is het doel van dit bord?

1. Overhalen/activeren
2. amuseren
3. informeren
4. instrueren

Wat wil de spreker bereiken met dit stuk?

1. overhalen/activeren
2. amuseren
3. informeren
4. instrueren

Tekstdoelen?

• Wat wil de schrijver bereiken?

Tekstsoorten?

• Met wat voor soort tekst wil hij dit bereiken?

Amuseren

De schrijver wil de lezer vermaken met zijn tekst.

Hij doet dit met amuserende teksten.

Informeren

De schrijver wil dat je iets te weten komt.

Er zijn verschillende informatieve tekstsoorten om de lezer te informeren.

Instrueren/instructies geven

De schrijver zegt hoe je iets moet doen

Hij gebruikt hiervoor instructieve tekstsoorten.

Activeren

• De schrijver wil dat je iets wel of niet gaat doen
  
• Hij gebruikt hiervoor activerende teksten

Overtuigen

De schrijver wil de lezer overtuigen van zijn mening.

Hij gebruikt hiervoor 
overtuigende teksten.

Alles op een rijtje:

Opdracht

Zie Cumlaude > BNL > week 2 > Opdracht week 2.

Aan de slag met de presentatie

- tweetallen doorgeven > je kunt gelijk aan de slag met het uitwerken, zoek elkaar op via TEAMS!

- de presentaties zijn in week 6 en 7, planning komt in Cumlaude

Presenteren (volgens planning)

- Zoek een filmpje/reclameboodschap die jullie aanspreekt en waarin het thema ‘Gastvrijheid’ en hoe mensen met elkaar omgaan een rol speelt. 

- Hoe komt het thema naar voren? Leg uit.

- Geef aan met welke burgerschapsdimensie jouw onderwerp te maken heeft. En waarom die dimensie?

- Zet het filmpje met jullie presentatie in een filmpje en mail dit vóór aanvang van de les.

Presentatie min. 5 minuten. Filmpje maximaal de helft van de tijd.

Aan de slag

Starttaal online

Opdracht week 2

Voorbereiden presentaties

Volgende week

- presentaties

- herhalen tekstsoort en tekstdoel + opdracht

- Starttaal online

- leestekst : gastvrijheid in de zorg