5.3 De oren

5.3 De oren
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

5.3 De oren

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen vorige week
  • Je kunt de delen van de huid benoemen
  • Je kunt de taken van de huid noemen
  •  Je weet wat je moet doen bij een brandwond 

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt de delen van een oor benoemen met hun taak 



Maar eerst... even herhalen wat we al hebben geleerd!

Slide 3 - Diapositive

Wat is geen zintuig?
A
Ogen
B
Tong
C
Hersenen
D
Oren

Slide 4 - Quiz

Dit vangen de zintuigcellen in je zintuigen op
A
Impulsen
B
Zenuwen
C
Prikkels
D
Licht

Slide 5 - Quiz

Een signaaltje vanaf je zintuig naar je hersenen heet
A
Prikkel
B
Impuls
C
Zenuw
D
Signaal

Slide 6 - Quiz

Een 'draadje' vanaf je zintuig naar je hersenen heet
A
Impuls
B
Prikkellijn
C
Zenuw
D
Ruggenmerg

Slide 7 - Quiz

Wat is GEEN zintuig in je huid?
A
Warmte zintuig
B
Voelzintuig
C
Tastzintuig
D
Drukzintuig

Slide 8 - Quiz

Wat is een brandwond?
A
Een kneuzing van de huid
B
Een schrammetje van de huid
C
Een beschadiging aan de huid door bv warmte
D
Geen van deze antwoorden is juist

Slide 9 - Quiz

Wat is de buitenste laag van de huid?
A
Lederhuid
B
Hoornlaag
C
Kiemlaag
D
Onderhuidsbindweefsel

Slide 10 - Quiz

De huid:

De huid bestaat uit verschillende onderdelen. In welk deel liggen je zintuigen in de huid?
A
Hoornlaag
B
Kiemlaag
C
Lederhuid
D
Onderhuidse bindweefsel

Slide 11 - Quiz

In welke laag van de huid liggen de zintuigen van de huid?
A
Alleen in de opperhuid.
B
Alleen in de lederhuid.
C
In de opperhuid en in de lederhuid.
D
Alleen in het onderhuids bindweefsel.

Slide 12 - Quiz

  • Het kleinste botje van je lichaam zit in het oor, de stijgbeugel





  • oren groeien 1 cm in 50 jaar

Slide 13 - Diapositive

De buitenkant van een oor
  • Geluiden horen
  • Geluid = trilling van de lucht
  • Bijvoorbeeld trilling van fietsbel of van toeter auto 

Slide 14 - Diapositive

Je oor
  • Oorschelp is het zichtbare deel van je oor
  • Vangt geluiden op
  • Geluiden gaan naar de gehoorgang, dat ligt in je hoofd

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

De binnenkant van een oor
  • Trillingen gaan naar door de gehoorgang, naar het trommelvlies
  • In gehoorgang zitten oorsmeerkliertjes, deze maken oorsmeer
  • Oorsmeer houdt je trommelvlies soepel 

Slide 17 - Diapositive

De binnenkant van je oor
  • Tegen het trommelvlies ligt de gehoorbeentjes
  • Die trillen met trommelvlies mee
  • Dit gaat door naar het slakkenhuis en die geeft impulsen af
  • Gehoorzenuw vervoert deze impulsen naar hersenen

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Diapositive

Zet het onderdeel van je oor bij het juiste nummer:
3
4
10
2
7
11
oorschelp
trommelvlies
slakkenhuis
gehoorbeentjes
gehoorzenuw
gehoorgang

Slide 21 - Question de remorquage

De buis van eustachius
  • Verbind je oor met je keelholte
  • Slikken of gapen gaat deze buis open.
  • Dit hoor je als je oor plopt 

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

!!!!!

Slide 24 - Diapositive

Waar dient de oorschelp voor?
A
voor het laten trillen van het trommelvlies
B
om het geluid op te vangen

Slide 25 - Quiz

Vanaf welke decibelhoogte kan er gehoorschade optreden?
A
50
B
60
C
70
D
80

Slide 26 - Quiz

Hoe noemen we het volume van geluid?
A
meter
B
Db
C
dm
D
cm

Slide 27 - Quiz

Waar dient oorsmeer voor?
A
schoonhouden van oor
B
soepel houden van trommelvlies

Slide 28 - Quiz

De buis van Eustachius verbindt de trommelholte met...........
A
keelholte
B
gehoorgang
C
neusholte

Slide 29 - Quiz

Leerdoelen
  • Je kunt de delen van een oor benoemen met hun taak

Slide 30 - Diapositive

Huiswerk
Maken de opdrachten bij 5.3
Maak Test jezelf

Slide 31 - Diapositive