Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Wisselkoers
A) Lopende rekening
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
Slide 2 - Diapositive
Uitgangspunt
Homogeen product - alleen de prijs is van belang
Slide 3 - Diapositive
Ronde 1
Slide 4 - Diapositive
Ronde 1
Aanbieder 1
€ 500
Aanbieder 2
€ 620
Aanbieder 3
€ 650
Slide 5 - Diapositive
Bij welke aanbieder koop jij de laptop?
A
1
B
2
C
3
Slide 6 - Quiz
Ronde 2
€ 1 = $ 1 = GBP 1
Slide 7 - Diapositive
Ronde 2
Aanbieder 1
£ 500
Aanbieder 2
$ 620
Aanbieder 3
€ 650
Slide 8 - Diapositive
Bij welke aanbieder koop jij de laptop?
A
1
B
2
C
3
Slide 9 - Quiz
Ronde 3
€ 1 = $ 1,1 = GBP 0,8
Slide 10 - Diapositive
Ronde 2
€ 1 = $ 1,1 = GBP 0,8
Aanbieder 1
£ 500
Aanbieder 2
$ 620
Aanbieder 3
€ 650
Slide 11 - Diapositive
Bij welke aanbieder koop jij de laptop?
A
1
B
2
C
3
Slide 12 - Quiz
Ronde 3
€ 1 = $ 1,1 = GBP 0,8
Aanbieder 1
£ 500 = € 625
Aanbieder 2
$ 620 = € 563,64
Aanbieder 3
€ 650
Slide 13 - Diapositive
Tussenconclusie
Er ontstaat vanuit Nederland
(meer) vraag naar laptops in de VS
Slide 14 - Diapositive
Vraaglijn $ verschuift
Jullie kopen een laptop bij een aanbieder in de VS.
Om die te kunnen kopen (betalen), heb je dollars nodig.
Jullie vragen dus dollars...
Slide 15 - Diapositive
Aanbodlijn € verschuift
... en bieden euro's aan (om te ruilen tegen dollars).
Dit extra aanbod van euro's ontstaat doordat jullie euro's gaan inwisselen voor dollars en niet door een verandering van de wisselkoers, dus bij elke gegeven koers is er meer aanbod van euro's.
Slide 16 - Diapositive
Wat is juist?
Door de extra vraag naar producten uit de VS zal...
A
De vraag naar de dollar stijgen en dus de koers van de dollar stijgen
B
De vraag naar de dollar stijgen en dus de koers van de dollar dalen
C
De vraag naar de dollar dalen en dus de koers van de dollar stijgen
D
De vraag naar de dollar dalen en dus de koers van de dollar dalen
Slide 17 - Quiz
Wat is juist?
Door de extra vraag naar producten uit de VS zal...
A
Het aanbod van de euro stijgen en dus de koers van de euro stijgen
B
Het aanbod van de euro dalen en dus de koers van de euro stijgen
C
Het aanbod van de euro stijgen en dus de koers van de euro dalen
D
Het aanbod van de euro dalen en dus de koers van de euro dalen
Slide 18 - Quiz
Tussenconclusie
Als de vraag naar een valuta stijgt, dan stijgt ook de koers
(bij een gelijkblijvend aanbod).
Positief verband.
Als het aanbod van een valuta stijgt, dan daalt de koers
(bij een gelijkblijvende vraag).
Negatief verband.
Slide 19 - Diapositive
Ronde 4
€ 1 = $ 1,1 = GBP 0,8
Slide 20 - Diapositive
Ronde 4
€ 1 = $ 1,1 = GBP 0,8
Aanbieder 1
£ 500
Aanbieder 2
$ 620 -> $750
Aanbieder 3
€ 650
Slide 21 - Diapositive
Ronde 4
€ 1 = $ 1,1 = GBP 0,8
Aanbieder 1
£ 500 = € 625
Aanbieder 2
$ 750 = € 681,82
Aanbieder 3
€ 650
Slide 22 - Diapositive
Prijspeil VS stijgt
(inflatie)
Koers $
...
Concurrentie-
positie
VS verslechtert
Export VS neemt af
Vraag dollars neemt af
Slide 23 - Question de remorquage
Wat is juist?
Koers dollar (in euro) ...
A
daalt
B
stijgt
Slide 24 - Quiz
Slide 25 - Vidéo
Conclusie
Bij inflatie verslechtert de concurrentiepositie van een land.