Kerst Les klas 1

Chapitre 3
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Chapitre 3

Slide 1 - Diapositive

Le programme
Regels online les
Wat vindt je ervan dat de lessen nu online zijn?
Noël en France
E- Regarder

Slide 2 - Diapositive

C'est presque Noël

Slide 3 - Diapositive

Noël en France

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

le foie gras
les huitres

Slide 6 - Diapositive

escargots
saumon fumé

Slide 7 - Diapositive

la dinde 
le marron

Slide 8 - Diapositive

le 24 décembre: le Réveillon
Bûche de Noël

Slide 9 - Diapositive

la bûche de Noël
Het is een eeuwenoude Franse traditie: bij kerstavond hoort een boomstammetje. Ooit een echt stuk hout dat langzaam moest opbranden in de haard om de familie van een goede oogst te verzekeren in het komende jaar. Hoe langer de boomstam bleef branden, hoe beter de volgende oogst zou uitpakken, zo was het bijgeloof. Later werd het een nagerecht dat de vorm van het blok hout imiteerde.

Bûche de Noël 2017 van het hotel Plaza-Athenée in Parijs (CC/Studio des Fleurs)

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

la dinde aux mar-
rons

Slide 12 - Diapositive

le sapin décoré
le 25 décembre

Slide 13 - Diapositive

le 31 décembre:

Saint Sylvestre

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

feu d'artifice
la Tour Eiffel
l'Arc de Triomphe

Slide 16 - Diapositive

les Champs Elysées

Slide 17 - Diapositive

Wat betekent 'Noël'?

Slide 18 - Question ouverte

In welk seizoen vieren we kerst?
A
en été
B
au printemps
C
en hiver
D
en automne

Slide 19 - Quiz

C'est l'hiver. Quelles sont les autres saisons?

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Wat wens je elkaar met kerst?
A
Heureux Noël
B
Joyeux Noël
C
Père Noël
D
Bon Noël

Slide 22 - Quiz

In Frankrijk eet men met kerst een 'bûche de Noël' als dessert. Wat is dat?
A
B
C
D

Slide 23 - Quiz

Op welke dag is het Noël in Frankrijk?
A
le vingt-quatre décembre
B
le vingt-six décembre
C
le vingt-cinq décembre
D
le vingt-trois décembre

Slide 24 - Quiz

Wat hoort NIET bij
Saint-Sylvestre in Frankrijk?
A
bisous (zoenen) et voeux (wensen)
B
champagne
C
dîner
D
beignets (oliebollen)

Slide 25 - Quiz

Op welke dag wordt
in Frankrijk
Noël NIET gevierd?
A
le vingt-quatre décembre
B
le vingt-cinq décembre
C
le vingt-six décembre

Slide 26 - Quiz

Welke letters ontbreken?
Jo..eux Noël
&
Bonne A..ée
A
j - n
B
y - n
C
y - nn
D
j - nn

Slide 27 - Quiz

F: Regarder
Open de online methode
Ga naar Chapitre 3 E Regarder en kijk de film bij opdracht 20
Maak de volgende oefeningen:
20abc
21 (maak gebruik van de woorden van E op blz. 131!!)
22a (je moet de woorden in de juiste kolom zetten, wat is leuk en wat is niet leuk?)

Slide 28 - Diapositive

Devoirs
Het is belangrijk dat je de oefeningen GOED zelf nakijkt.
Heb je vragen? Stel ze gerust!!
Devoirs: de woordjes van E leren

DE LAATSTE VRAAG
WELK NUMMER HOOR JE STRAKS?

Slide 29 - Diapositive

À Noël je t'ai donné mon coeur

Slide 30 - Diapositive

Joyeux Noël et bonne année!

Slide 31 - Diapositive