Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Plastiden
Slide 1 - Diapositive
Programma
Leerdoelen van de les
Wat zijn plastiden
Welke plastiden zijn er
Quiz
Slide 2 - Diapositive
Leerdoelen
Je kan uitleggen wat celorganellen en cytoplasma zijn.
Je kan uitleggen welke plastiden er zijn.
Je kan uitleggen welke kenmerken de verschillende plastiden hebben.
Slide 3 - Diapositive
Plastiden
Plastiden zijn celorganellen en komen voor in het cytoplasma van een cel.
Wat zijn ookalweer celorganellen?
Wat is ookalweer cytoplasma?
Er zijn drie soorten plastiden.
Bladgroenkorrels
Kleurstofkorrels.
Zetmeelkorrels
Celorganellen
Celorganellen zijn delen van een cel die een eigen functie hebben.
Voorbeelden van celorganellen zijn; de kern, de vacuole en plastiden
1
Cytoplasma
Cytoplasma bestaat uit water en opgeloste stoffen.
Alle celorganellen van een cel drijven in het cytoplasma.
2
Slide 4 - Diapositive
Bladgroenkorrels
Bladgroenkorrels zijn groen.
Bladgroenkorrels zijn in alle groene delen van een plant aanwezig.
Bladgroenkorrels zijn erg belangrijk bij fotosynthese.
Bladgroenkorrels komen voor in alle groene delen van de plant.
Door bladgroenkorrels zijn bijvoorbeeld de bladeren van een plant groen.
In de bladgroenkorrels vindt fotosynthese plaats.
Slide 5 - Diapositive
Kleurstofkorrels
Kleurstofkorrels kunnen verschillende kleuren hebben.
Kleurstofkorrels zijn erg belangrijk voor de kleur van bloemen en vruchten.
Kleurstofkorrels komen voor in de cellen van bloemen en of vruchten met bijvoorbeeld een gele, oranje en rode kleur.
Kleurstofkorrels zorgen ervoor dat de bloemen en vruchten zo een opvallende kleur hebben.
Slide 6 - Diapositive
Zetmeelkorrels
Zetmeelkorrels hebben geen kleur.
Zetmeelkorrels slaan zetmeel op.
Zetmeelkorrels komen bijvoorbeeld voor in de cellen van een aardappel.
Zetmeelkorrels zijn kleurloos.
In zetmeelkorrels wordt zetmeel opgeslagen.
Slide 7 - Diapositive
Plastiden in vruchten
Plastiden kunnen van het ene type overgaan in het andere type plastide.
Slide 8 - Diapositive
Wat is kenmerkend aan bladgroenkorrels?
(Meerdere antwoorden zijn goed)
A
Ze slaan zetmeel op
B
Er vindt fotosynthese plaats
C
Ze kleuren de plant groen
D
Ze geven de plant felle kleuren
Slide 9 - Quiz
Waar bestaat Cytoplasma uit?
(Meerdere antwoorden zijn goed)
A
Water
B
Kernplasma
C
Celorganellen
D
Opgeloste stoffen
Slide 10 - Quiz
Kan een plant alle drie de plastiden hebben?
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quiz
Als een tomaat rijpt gebeurt er iets met de kleur, hij gaat namelijk van een groene naar een rode kleur. Een type plastide verandert in een andere type plastide.
Welk plastide was er eerst, en ik welke plastide verandere hij?
A
Van zetmeelkorrel naar kleurstofkorrel
B
Van kleurstofkorrel naar bladgroenkorrel
C
Van bladgroenkorrel naar kleurstofkorrel
D
Van bladgroenkorrel naar zetmeelkorrel
Slide 12 - Quiz
Wat doen zetmeelkorrels?
A
Ze geven zetmeel weg
B
Ze helpen bij fotosynthese
C
Ze slaan zetmeel op
D
Ze slaan glucose op
Slide 13 - Quiz
Leerdoelen
Je kan uitleggen wat celorganellen en cytoplasma zijn.
Je kan uitleggen welke plastiden er zijn.
Je kan uitleggen welke kenmerken de verschillende plastiden hebben.