‹Revenir à la recherche

L'imparfait

1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Menu du jour: Vendredi 13 décembre 2024 1er cours

1) Nous parlons en français.
2) Nous corrigeons l'histoire sur nos week-ends.
3) Vous finissez le poster / faites des exercices supplémentaires

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Menu du jour: Vendredi 13 décembre 2024 2ème cours

1) Nous avons une "escape room" de Noël.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nous parlons en français

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nous parlons du week-end

Quoi? Schrijf een kort verhaal van ongeveer 40 woorden over je weekend. 
Comment? Op het blad
Aide? Woordenboek + boekje
Durée? 20 minuten
Pourquoi? Om te oefenen met het toepassen van de verschillende vormen van de verleden tijd. 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertaal de volgende zin naar NL. Hoofdletter en punt!
Nous travaillions chez Auchan.

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertaal de volgende zin naar NL. Hoofdletter en punt!
Ils ont nagé dans la mer.

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vervoeg in de juiste tijd:

On ________________ (entendre)(présent)

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vervoeg in de juiste tijd:

On ________________ (entendre)(présent)

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vervoeg in de juiste tijd:

Tu ________________ (rougir)(passé composé)

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vervoeg in de juiste tijd:

Elle ________________ (aller)(passé composé)

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vervoeg in de juiste tijd:

Elle ________________ (aller)(passé composé)

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vervoeg in de juiste tijd:

Nous ________________ (descendre)(passé composé)

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vervoeg in de juiste tijd:

Tu ________________ (finir)(imparfait)

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertaal naar FR:
+ hoofdletter
Wij hielpen (helpen = aider)

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertaal naar FR:
+ hoofdletter
Jullie hebben verloren (verliezen = perdre)

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertaal naar FR:
+ hoofdletter
Zij kijken (kijken = regarder) (mannelijk)

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertaal naar FR:
+ hoofdletter
Zij speelde (spelen = jouer)

Slide 18 - Question ouverte

gebleven bij vraag 15
Vertaal naar FR:
+ hoofdletter
Jij begrijpt (begrijpen = comprendre)

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertaal naar FR:
+ hoofdletter
Jij hebt geantwoord (antwoorden = répondre)

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertaal naar FR:
+ hoofdletter
U verkocht

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Nous faisons le test diagnostique

Quoi? Kies het onderwerp en pak een extra blaadje
Comment? Zelfstandig
Aide? Boekje + aantekeningen
Durée? tot 10:00

Pourquoi? Om te oefenen met het toepassen van de verschillende vormen van de verleden tijd en de tegenwoordige tijd.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de imparfait?
Onvoltooid verleden tijd.
NL: Ik was, ik dacht, ik deed etc.

In het Frans ook .....
J'étais = ik was
Je pensais = ik dacht
Je faisais = ik deed

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe maak je de imparfait?
1) Neem de nous-vorm in de présent.
2) Haal "ons" eraf, dit is de stam.
3) Plak de juiste uitgang erachter.
Voorbeeld met "penser"
1) Nous pensons

2) stam = pens

3) Zie volgende slide

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn de uitgangen?
 Je = + ais
Tu = + ais
Il / elle / on = + ait
Nous = + ions
Vous = + iez
Ils / elles = + aient
Voorbeeld met "penser"
Je pensais
Tu pensais
il / elle / on pensait
Nous pensions
Vous pensiez
Ils / elles pensaient

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit betekent nu ......
Ik dacht
Jij dacht
Hij/zij/men dacht
Wij dachten
Jullie dachten / u dacht
Zij dachten

Je pensais
Tu pensais
il / elle / on pensait
Nous pensions
Vous pensiez
Ils / elles pensaient

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  1. Tu as passé de bonnes vacances?
  2. Qu'est ce que tu as fait pendant les vacances?                                                                   
  3. C'était comment?
  4. Tu faisais du sport tous les jours?

  • Passé-composé
  • Vraag gaat over een voltooid (afgesloten) moment uit het verleden
  • Imparfait
  • Vraag gaat over een beschrijving van een moment uit het verleden OF een gewoonte uit het verleden.

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Les exercices online
Klik HIER om naar de opdrachten te gaan
Ken je een werkwoord niet uit de opdrachten? Zoek hem in jouw boek of in een woordenboek!

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Le test online
Klik HIER om naar Quizizz test te gaan.
Zijn je resultaten teleurstellend?? Bekijk de uitleg opnieuw of/en maak de toetsen opnieuw en/of maak opdrachten op papier.
Ga naar gosocrative.com
Lokaal V3PRESENT

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

documents Teams
Wil je meer oefenen op papier of ben je op zoek naar handige stencils? Ga naar Teams op het kanaal "le passé-composé"!

Daar vind je bij bestanden oefeningen op papier (document kun je opslaan en online maken of uitprinten) maar ook......

Stencils om de werkwoorden te leren! En.....nog veel meer informatie

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Plus de leçons comme celle-ci

L'imparfait

- Leçon avec 31 diapositives
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

A2:Chap. 6 WW-ir, emoties

- Leçon avec 31 diapositives
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Verbes faire, aller

- Leçon avec 31 diapositives
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1,2

Chapitre 4 2 VWO herh. Chapitre 1 & 2

- Leçon avec 42 diapositives
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

presentatie opr 28

- Leçon avec 30 diapositives
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Les 10, H, grammaire (2vwo) 09-01

- Leçon avec 46 diapositives
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

HAVO 2 - werkwoorden op -er vervoegen en aller

- Leçon avec 26 diapositives
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

V5 Gérondif / Grammaire B

- Leçon avec 37 diapositives
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5