Systemen mini les

Systemen. 
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
Nask / TechniekMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Systemen. 

Slide 1 - Diapositive

De fiets

Slide 2 - Carte mentale

Slide 3 - Diapositive

Al deze onderdelen bij elkaar noem je een systeem.

Slide 4 - Diapositive

Welke systemen kun jij bedenken ?

Slide 5 - Carte mentale

we gaan een stapje verder 
Bij een productie van een apparaat heb je altijd:
INPUT - PROCES- OUTPUT. 
                                        
We gaan een stapje verder 
Bij een productie van een apparaat heb je altijd:
INPUT- PROCES- OUTPUT 
verwerking 
uitvoer 
invoer

Slide 6 - Diapositive

INPUT = 
Alles wat je in het apparaat stopt 
 materie, energie en informatie .
INPUT of INVOER 
Alles wat je in een apparaat stopt.


Slide 7 - Diapositive

PROCES = verwerking 
Alle handelingen in een technisch systeem.

PROCES = VERWERKING 
Alle handelingen in technisch systeem. 

Slide 8 - Diapositive

OUTPUT
Alles wat uit het apparaat komt 
(, energie en informatie )
Output of uitvoer 
Alles wat uit een apparaat komt 
product/afval, energie, informatie. 
Aan het waterniveau zie je dat je koffie hebt gezet
Het koffiezet apparaat is warm 

Slide 9 - Diapositive

Opdracht 
Jullie gaan samen met je team, nu zelf bedenken wat de input/invoer, het proces/verwerking en de output/uitvoer is van een stofzuiger. 

Slide 10 - Diapositive

Je zou dit ook kunnen toepassen bij het koeken van een maaltijd ? 
Zou je zo een systeem ook kunnen toepassen in de keuken als je kookt ? 

Slide 11 - Diapositive

Wat heb je nodig om pannenkoeken te maken?

Slide 12 - Carte mentale

Wat is bij pannenkoeken de input of invoer ?
A
fornuis, warmte-energie, pan, boter, beslag, spatel.
B
pannenkoeken, pan, warmte, borden, bestek.
C
eieren, melk, meel, mixer, maatbeker, beslagkom.

Slide 13 - Quiz

Wat is bij pannenkoeken het proces of verwerking ?
A
eieren, melk, meel, mixer, maatbeker, beslagkom.
B
fornuis, warmte-energie, pan, boter, beslag, spatel.
C
pannenkoeken, pan, warmte, borden, bestek,.

Slide 14 - Quiz

Wat is bij pannenkoeken de output of uitvoer ?
A
eieren, melk, meel, mixer, maatbeker, beslagkom.
B
fornuis, warmte-energie, pan, boter, beslag, spatel.
C
pannenkoeken, pan, warmte, borden, bestek.

Slide 15 - Quiz