persoonsvorm en onderwerp 22 nov

persoonsvorm en onderwerp
Aan het einde van de les weet ik wat een persoonsvorm is en kan ik deze uit de zin halen.

Aan het einde van de les weet ik wat het onderwerp is en kan ik deze uit de zin halen.

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

persoonsvorm en onderwerp
Aan het einde van de les weet ik wat een persoonsvorm is en kan ik deze uit de zin halen.

Aan het einde van de les weet ik wat het onderwerp is en kan ik deze uit de zin halen.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

persoonsvorm
  • maak de zin vragend, het werkwoord komt vooraan
  • verander de zin in een andere tijd, het werkwoord veranderd

Slide 3 - Diapositive

onderwerp
  • wie of wat + persoonsvorm
  • wie of wat doet iets?

Slide 4 - Diapositive

Nu jij: wat is de persoonsvorm?
De kippen lopen door de tuin.

Slide 5 - Question ouverte

persoonsvorm?
Ik zit achter mijn computer.

Slide 6 - Question ouverte

persoonsvorm?
Gisteren heb ik televisie gekeken.

Slide 7 - Question ouverte

Nu het onderwerp
wie of wat + persoonsvorm
wie of wat doet iets?

Slide 8 - Diapositive

Wat is het onderwerp?
Het is heel koud buiten.

Slide 9 - Question ouverte

Wat is het onderwerp?
De auto's razen langs.

Slide 10 - Question ouverte

Wat is het onderwerp?
Heb jij thuis een hele grote hond?

Slide 11 - Question ouverte

Wat is het onderwerp?
Is die stad zo groot?

Slide 12 - Question ouverte

Wat is de persoonsvorm en het onderwerp?
De achtertuin is erg diep.

Slide 13 - Question ouverte

Wat is de persoonsvorm en het onderwerp?
Hij heeft hele grote voeten.

Slide 14 - Question ouverte

Ik kan nu de persoonsvorm en het onderwerp vinden.
A
nee
B
ja

Slide 15 - Quiz