3K H7 §5
1 / 17
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Nanne en Hennie praten over duurzame productie.
Nanne zegt: 'De overheid stimuleert duurzame productie door middel van milieuheffingen.'
Hennie zegt: 'De overheid stimuleert duurzame productie door middel van milieusubsidies.'
Wie heeft gelijk?
Nanne zegt: 'De overheid stimuleert duurzame productie door middel van milieuheffingen.'
Hennie zegt: 'De overheid stimuleert duurzame productie door middel van milieusubsidies.'
Wie heeft gelijk?
A
Alleen Nanne heeft gelijk
B
Beiden hebben gelijk
C
Alleen Hennie heeft gelijk
D
Beiden hebben ongelijk
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Wat is groene stroom?
A
Kernenergie, steenkool en waterkracht.
B
Diesel, benzine en LPG(brandstof).
C
Kolen, aardgas en olie.
D
Stroom opgewekt door windkracht, zonne-energie en biomassa.
Slide 8 - Quiz
Wat is grijze stroom?
A
Stroom opgewekt door windkracht, zonne-energie en biomassa.
B
Stroom opgewekt door kernenergie, steenkool en waterkracht.
C
Stroom opgewekt door kolen, aardgas en olie.
D
Stroom opgewekt door getijdenenergie, geothermische energie en waterkracht.
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Wat is duurzamer?
Biologische groenten
of
Niet-biologische groenten?
Biologische groenten
of
Niet-biologische groenten?
A
Biologische groenten
B
Niet-biologische groenten.
Slide 11 - Quiz
In elk huishouden wordt geconsumeerd. In elk huishouden is er dus afval.
Welk afval kun je scheiden? Noem drie voorbeelden.
Welk afval kun je scheiden? Noem drie voorbeelden.
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Diapositive
Emma koopt een nieuwe bank. De oude bank brengt ze naar de kringloopwinkel. Dave koopt de bank.
Is dat goed of slecht voor het milieu?
Is dat goed of slecht voor het milieu?
A
Goed
B
Slecht
