Samen op de wereld - groepen

Samen op de wereld 23/24
Groepen 
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 35 diapositives, avec diapositives de texte et 8 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Samen op de wereld 23/24
Groepen 

Slide 1 - Diapositive

Jouw persoonlijke identiteit
Identiteit is wie je bent, jouw unieke kenmerken, interesses en waarden die jou onderscheiden van anderen.

Slide 2 - Diapositive

Groepen
Soms deel je met een bepaalde groep mensen een (deel van) dezelfde identiteit. 

Vaak maak je onderdeel uit van verschillende groepen tegelijkertijd. 

Voorbeelden:
- Christendom
- Voetbalteam
- Yogaclub
- hobby
- Surinaamse feesten 
- Dansstijl 

Slide 3 - Diapositive

Subgroepen
Soms kun je een groep onderverdelen in verschillende subgroepen. Ook een subgroep kan je soms weer onderverdelen. Het kan ook zijn dat je in verschillende subgroepen tegelijkertijd hoort. 

Bijvoorbeeld:

Christelijk:
  • Jehova's getuigen
  • Maria verering

Wielrennen:
  • Lokale fietsclub
  • Jaarlijkse fietstocht om geld op te halen voor de KWF 



Slide 4 - Diapositive

Villa ramadan 
Tot welke (sub)groepen horen deze mensen?
  • Deqa 
  • Aïsha
  • Mhemed 
  • Yasmine 
  • Saud 

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Lien

Cultuur
Een aangeleerde manier van denken en doen van een groep mensen met eigen waarden en normen, gewoontes en gebruiken. 

Aangeboren (nature) of aangeleerd (nurture)?




Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo



Aangeboren gedrag 



Aangeleerd gedrag 
Alle gedragingen die een individu vanaf de geboorte al vertoond.
(Instinct)



Alle gedragingen die het individu vertoond door andere individuen te observeren. Dit gedrag leer je dus aan. Je krijgt het mee van je omgeving. 

Slide 9 - Diapositive

Aangeboren gedrag:

Slide 10 - Diapositive

Aangeleerd gedrag:
• Een tweelingstudie. Een tweeling opgroeit in een liefdevol gezin en de andere in een disfunctioneel gezin.

• Een aangeboren talent voor muziek, maar dit talent alleen kunnen ontwikkelen dankzij de juiste opleiding en blootstelling aan muziek.

Slide 11 - Diapositive

Cultuur
Een aangeleerde manier van denken en doen van een groep mensen 
met eigen waarden en normen, gewoontes en gebruiken. 

Groepen (en ook subgroepen) kunnen onderling dus een heel eigen cultuur hebben ontwikkeld. 










Slide 12 - Diapositive

Geef bij iedere zin aan of het gaat om aangeboren of aangeleerd gedrag. 
1. Hoelaat je gaat slapen.
2. Hoe je in het verkeer fietst.
3. Verslaafd raken aan iets.
4. Hoe je omgaat of reageert op stress.
5. Hoe je praat met anderen. 
6. Of je risico's neemt. 
7. Of je met iemand kan meeleven. 
8. Of je om natuur of milieu geeft. 

Slide 13 - Diapositive

Groepen met een eigen cultuur hebben vaak:
  • Eigen waarden en normen
  • Gebruiken en gewoontes (denk aan rituelen)
  • Feesten, vieringen en herdenkingen
  • Uitingen (denk aan symbolen)
  • Uiterlijk (denk aan kleding, sierraden etc.)
  • Plaatsen van samenkomst 
  • Belangrijkste personen 

Dit is dus allemaal aangeleerd én kan veranderen met de tijd: 
een cultuur staat nooit helemaal vast

Slide 14 - Diapositive

De Nederlandse cultuur: wanneer ben je Nederlander? 
Schrijf vijf dingen op die je écht bij een Nederlandse identiteit of cultuur vindt horen. Dus wanneer ben je Nederlander?
Denk bijvoorbeeld aan: dingen die we belangrijk vinden of bepaalde gewoontes in Nederland. 


Slide 15 - Diapositive

De Nederlandse cultuur: wanneer ben je Nederlander? 
Schrijf vijf dingen op die je écht bij een Nederlandse identiteit of cultuur vindt horen. Dus wanneer ben je Nederlander?
Denk bijvoorbeeld aan: dingen die we belangrijk vinden of bepaalde gewoontes in Nederland. 


Gelden deze dingen voor alle Nederlanders denk je? 


Zijn er tegenstrijdige meningen over deze dingen in deze klas? 

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

De Nederlandse cultuur 
Bij de volgende twee fragmenten horen kijkvragen over de Nederlandse identiteit en cultuur. 

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Wat kunnen we zeggen over huidige Nederlanders?
  • Waarden en normen
  • Gebruiken en gewoontes (denk aan rituelen)
  • Feesten, vieringen en herdenkingen
  • Uitingen (denk aan symbolen)
  • Uiterlijk (denk aan kleding, sierraden etc.)
  • Plaatsen van samenkomst 
  • Belangrijkste personen 

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Nederlander zijn (invulopdracht)
Dé Nederlander bestaat niet

Er zijn wel typische dingen voor Nederlanders: 
1. Normen en waarden:
2. Gebruiken en gewoontes: 
3. Feesten, vieringen of herdenkingen:
4. Uitingen of symbolen: 
5. Belangrijkste personen: 

Ook de Nederlandse cultuur staat nooit helemaal vast. 
En niet iedere Nederlander doet mee met alle onderdelen van de Nederlandse cultuur.

6. Maar om Nederlander te zijn, moet iemand wel: 

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Uiterlijk binnen groepen: tatoeages
- Egypte
- Afghanistan 
- Mexico 

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Lien

Subgroep - subcultuur
Groepen die een eigen cultuur hebben > subgroep > subcultuur 

Ontstaan subgroep
Groep en subgroep
Andere subgroepen in dezelfde groep 
Waarden en normen 
Gebruiken en gewoontes 
Feesten, vieringen, herdenkingen of rituelen
Uitingen en symbolen
Uiterlijk
Plaats van samenkomst 
Belangrijkste personen 

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Slide 28 - Vidéo

Slide 29 - Vidéo

Poster maken 
Vandaag: 
1. Kies een subgroep > bespreek dit met je docent 

2. Doe onderzoek naar de subgroep 

3. Bepaal / ontwerp de poster

Volgende les: 
4. Maak de poster  

Slide 30 - Diapositive

Onderzoek doen (20 min)
  1. Ontstaan subgroep
  2. Groep en subgroep: bij welke groep hoort deze subgroep? 
  3. Voorbeelden van andere subgroepen in dezelfde groep 
  4. Waarden en normen 
  5. Gebruiken en gewoontes 
  6. Feesten, vieringen, herdenkingen of rituelen
  7. Uitingen en symbolen
  8. Uiterlijk
  9. Plaats van samenkomst 
  10. Belangrijkste personen 

Slide 31 - Diapositive

Bepaal / ontwerp je poster 
  • Je krijgt de voglende keer 1 lesuur om dit te maken
  • 2D, 3D of digitaal of ...?
  • Welke woorden en afbeeldingen/tekeningen komen er precies op de poster? Zorg voor zo min mogelijk tekst 
  • Welke materialen hebben jullie nodig?
  • Wees creatief en positief! 
  • Zorg voor duidelijke inhoud 

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive