4.4 De opkomst van het christendom- II

H4 De Romeinen


4.4 De opkomst van het christendom
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H4 De Romeinen


4.4 De opkomst van het christendom

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Week 51
Deze week wordt behandeld:
- Paragraaf 4.4
Wat hebben jullie deze week afgerond?
- Je hebt de paragraaf goed gelezen!
- Opdrachten werkboek: 2,3,4a,5,7
- Verdieping pagina 124 opdracht 5 



Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Wat?
Lees: 4.4 (samen)
Maak: Leerdoelen beantwoorden - Je kunt uitleggen:
- hoe joden in het hele Romeinse rijk terechtkwamen.
- hoe het christendom ontstond.
- hoe het christendom werd verspreid en vervolgd.
- hoe het christendom de Romeinse staatsgodsdienst werd.


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Steeds meer christenen 


  • Snel verspreid door Pax Romana
  • Aantrekkingskracht van het geloof  voor armen en onderdrujten (vooruitzicht op een beter leven na de dood)
  • Er moest gezorgd worden voor de zieken en de zwakken
Christenen gebruikten zelden het kruis als symbool. Ze gebruikte liever het Chi Rho-teken: de eerste twee letters van de naam Christus in het Grieks. De twee letters naast het teken zijn de alpha (α) en de omega (Ω): de eerste en laatste letter van het Griekse alfabet. Hiermee gaven ze aan dat Jezus het begin en het einde was.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Christenvervolging
  • De volgelingen van Jezus trokken de wereld in om het verhaal van Jezus te vertellen, met succes

  • Veel Romeinen kregen een hekel aan christenen o.a. omdat ze de staatsgoden niet wilden eren

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Christenvervolgingen namen toe:
  • In de 3e eeuw na Chr. kreeg het Romeinse Rijk steeds meer te maken met oorlogen en hongersnoden

  • Veel Romeinen dachten dat dit de schuld was van de christenen omdat zij de goden niet wilden eren

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Rond het jaar 100 schreef de Romeinse historicus Tacitus:

‘In 64 was er een grote brand: de helft van Rome 
brandde af.  Al gauw werd verteld dat keizer Nero 
de brand had laten aansteken, omdat hij ruimte nodig 
had voor een nieuw paleis. Daarom gaf Nero de 
christenen de schuld. Hij liet hen zwaar straffen.
Zo kregen zij beestenvellen aangetrokken om door 
wilde honden verscheurd te worden, of ze werden 
gekruisigd, of ze werden door vuur gedood: aan het 
eind van de dag werden ze aangestoken om te dienen 
als straatverlichting.’

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Een reden waarom christenen vervolgd werden in het Romeinse Rijk was omdat
A
De Romeinse goden mensenoffers verlangden
B
zij de keizer niet als god vereerden
C
zij weigerden om belasting te betalen
D
de Romeinen weinig verdraagzaam waren naar andere godsdiensten

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De overwinning van het christendom
  • De vervolgingen hielden op toen keizer Constantijn zich tot het christendom bekeerde

  • Hijgaf christenen in 313 godsdienstsvrijheid

  • In 392 maakte keizer Theodosius van het christendom de staatsgodsdienst

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Tempels werden verwoest of omgebouwd tot kerken

  • Iedere Romeinse provincie kwam onder leiding te staan van een bisschop

  • De belangrijkste bisschop werd de paus, de leider van de kerk

  • Ook vandaag is de paus nogsteeds de leider van de rooms-katholieke kerk

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb jij onthouden van 4.4 - De opkomst van het christendom?

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jezus werd gekruisigd omdat hij
A
kritiek had op de Romeinen
B
kritiek had op de godsdienstige leiders van de joden
C
kritiek had op de godsdienstige leiders van de joden en door de Romeinen als lastpak werd gezien
D
kritiek had op de godsdienstige leiders van de joden en op de Romeinse keizer

Slide 13 - Quiz

Jezus had voor zover wij weten geen directe kritiek op de Romeinse keizer. Ook had hij de bijnaam 'koning der joden' niet zelf bedacht. Dat was door zijn volgelingen, die in hem de Messias zagen, gedaan. Pas na de dood van Jezus is bekend dat christenen weigerden om de keizer als god te vereren.
Door de christenvervolgingen in de derde eeuw na Christus, waren er steeds minder christenen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke keizer vervolgde de christenen?
A
Constantijn
B
Theodosius
C
Nero
D
Augustus

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom gaf Nero de christenen eigenlijk de schuld van de brand van Rome?

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De eerste Romeinse keizer die christelijk werd, was
A
Keizer Theodosius
B
Keizer Augustus
C
Keizer Nero
D
Keizer Constantijn

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Toen het christendom in 392 staatsgodsdienst werd, betekende dit
A
dat christenen voortaan alleen staand mochten bidden en niet zittend
B
dat het christendom de enig toegestane godsdienst werd in het Romeinse Rijk
C
dat de Romeinse goden samen met de god van de christenen vereerd moesten worden
D
dat de Olympische Spelen nu in naam van God in plaats van Jupiter (Zeus) werden gehouden

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions