HV - paragraaf 9.1

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

9.1 Lengte

 

Regels

• Je hebt AL je spullen bij je.
  
• Je komt op tijd. Op het moment dat de les in het rooster staat, dus bijvoorbeeld om 10.55, ben je om 10.55 binnen en heb je je spullen gepakt!!!!
  
• Er wordt niet door mijn uitleg en vragen heen gepraat.
  
• Heb je vragen, steek je je hand op
  
• iPad gebruik je alleen voor de les, geen andere apps.

9.1 Lengte

 

Wat hebben we de vorige les behandeld?

• start van de les
• leerdoelen
• uitleg over lengte
• Uitleg praktische opdracht
  
• werken aan praktische opdracht
• voorbereiding voor de volgende les
  
• afsluiting 

Doel van vandaag:

Aan het einde van de les weet je:

• Wat de lengte-eenheden zijn en hoe je die omrekent;

Vragen over het huiswerk?

opgaven 66, 68>70, 75,76, 77, 79>81, 82 & 83 Welke?

Uitleg

Iets wat je meet noem je een? 

Uitleg

Iets wat je meet noem je een? Grootheid

Uitleg

Iets wat je meet noem je een? Grootheid

• Wat is een lengte-eenheid?

Uitleg

Iets wat je meet noem je een? Grootheid

• Wat is een lengte-eenheid?

Uitleg

Iets wat je meet noem je een? Grootheid

• Wat is een lengte-eenheid?

Zet de lengte-eenheden in de juiste volgorde van groot naar klein:

-->

<--

cm

   m

mm

dm

dam

hm

km

: 10 

x 10

Uitleg

• 57 m = .............. mm
• 57 x 10 = 570 dm
• 57 x 10 x 10 = 5700 cm
• 57 x 10 x 10 x 10 = 57000 mm
•  
• 76500 cm = .................hm
• 76500 : 10 = 7650 dm
• 75600 : 10 : 10 = 765 m
• 75600 : 10 : 10 : 10 = 76,5 dam
• 75600 : 10 : 10 : 10 : 10 = 7,65 hm

Omrekenen, sleep naar de juiste plaats

70 cm

70 mm

7000 mm

0,7 cm

7 m

7 dm

7 cm

7 mm

Reken om:
8,7 dam = .... m

Reken om:
720 m = .... km

Uitleg

• 2,7 hm + 12 m + 3,9 dam = 
• 270 m + 12 m + 39 m = 
• 321 m

Reken om:
4km + 18 hm + 27 dam = .... m

Reken om:
6,3 hm + 21 dam + 700 dm = .... km

Klaar? Ga dan verder met opgave 4& 6  

Is het niet af, dan is het huiswerk

blz. 132

Uitleg

Schaal

• Waar gebruik je verschalingen voor?
• tekening, maquette of schaalmodel
• Stel: schaal is 1 : 50 
• 1 cm op tekening in werkelijkheid 50 cm is.
• dus:
• in werkelijkheid is het 50x zo groot

 

• Veel gebruikte schalen zijn: 1: 1000, 1: 100, 1: 50, 1:20: 1: 10, 1:5 en 1: 2

Klaar?   

Is het niet af, dan is het huiswerk

blz. 136

Uitleg

Praktische opdracht

Je maakt individueel een verslag. 
Inleverdatum: 23 maart 2022 

Inleveren digitaal via Magister

Per dag te laat: 0,5 punt aftrek 

Te laat: 2,0

4 lessen waarbij les is en werken aan het PO

2 volle lessen werken aan het PO

Uitleg

Praktische opdracht

Je maakt individueel een verslag. 
Inleverdatum: 24 maart 2022 

Inleveren digitaal via Magister

Per dag te laat: 0,5 punt aftrek 

Te laat: 2,0

4 lessen waarbij les is en werken aan het PO

2 volle lessen werken aan het PO

Lees de theorie blokken door!

Wat:            Praktische opdracht

Tijd:             tot 5 minuten voor einde les

Hoe:             Zelfstandig in stilte 

Hulp:           Boek 

Resultaat: De uitwerkingen van de opgaven in je boek en nagekeken

Klaar:          ga voor een ander vak werken

Lees de theorie blokken door!

Wat:            Praktische opdracht

Tijd:             tot 5 minuten voor einde les

Hoe:             Zelfstandig of in zacht overleg

Hulp:           Boek, Medeleerling, Docent

Resultaat: De uitwerkingen van de opgaven in je boek en nagekeken

Klaar:          ga voor een ander vak werken

Waar hebben we het in deze les
over gehad?

Hier heb je aan gewerkt:

• lengte-eenheden
• schaal
• oppervlakte-eenheden

Volgende les

• oppervlakte rechthoek berekenen
• oppervlakte driehoek berekenen

Leerdoelen paragraaf

9.1 

 4, 6, 10