Les 1: hoofdstuk 2: Runderen

Hoofdstuk 2: Runderen
IBS 4: Boerderij

niveau 2
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
DierverzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 2: Runderen
IBS 4: Boerderij

niveau 2

Slide 1 - Diapositive

Heb jij al ervaring met/kennis van runderen?

Slide 2 - Carte mentale

Leerdoelen
1. Je herkent en benoemt minimaal 15 verschillende runderrassen.
2. Je legt uit hoe de dagelijkse en periodieke verzorgende werkzaamheden van runderen uitgevoerd moeten worden.
3. Je kan een rund de juiste hoeveelheid voer en water geven.
4. Je kan beoordelen of het voer geschikt is voor runderen.
5. Je kan een rund op de juiste wijze met oog voor dierenwelzijn hanteren en fixeren.
6. Je kan verschillende huisvestingssystemen van runderen benoemen.
7. Je kan aangeven welke voor- en nadelen bij de huisvestingssystemen benoemen.
8. Je kan de specifieke huisvestingsbehoeften van runderen benoemen.
9. Je kan aangeven welke voor- en nadelen bij de huisvestingssystemen benoemen.

Slide 3 - Diapositive

Wat bedoelen we met een dubbeldoel ras?
Een rund dat:
A
Geschikt is voor zowel vlees als natuurbeheer
B
Geschikt is voor zowel melk als natuurbeheer
C
Geschikt is voor zowel vlees als melk
D
Geschikt is voor zowel vlees, melk als natuurbeheer

Slide 4 - Quiz

Soorten runderen
Oerrund --> gefokt op specifieke productiekenmerken:

  • Vlees typische runderen
  • Melk typische runderen
  • Dubbeldoel rassen 
  • Begrazing/natuurbeheer


Slide 5 - Diapositive

Vlees typische runderen
  • Hereford
  • Blonde d'Aquitaine
  • Limousin
  • Piemontese
  • Belgische witblauwe

Slide 6 - Diapositive

Melk typische runderen
  • Brown swiss (oorspronkelijk dubbeldoel ras) 
  • Holstein friesian

Slide 7 - Diapositive

Dubbel doel runderen
  • Brandrode rund
  • Dexter
  • Jersey (voornamelijk melk)
  • Lakenvelder
  • Blaarkop
  • MRIJ (Maas-Rijn-IJsselvee)

Slide 8 - Diapositive

Begrazing/natuurbeheer
  • Schotse Hooglander
  • Galloway (ook voor vlees) 

Slide 9 - Diapositive

Voeding rund
De weg van het voedsel
 
  1. Het voedsel komt eerst in de pens, de grootste maag van de koe.
  2. Als de pens vol is komt het voedsel in kleine stukjes terug in de mond, zodat de koe het kan herkauwen.
  3. Het herkauwde voedsel wordt verder verteerd in de netmaag.
  4. In de boekmaag wordt het vocht uit het voedsel gehaald.
  5. Als laatste wordt het voedsel in de lebmaag zò fijngemaakt, dat het in de darmen kan worden opgenomen.
  6. Via de darmen worden alle belangrijke voedingsstoffen in het bloed opgenomen en door het lichaam gevoerd. Deze voedingsstoffen komen ook in de uier, waar de melk wordt gevormd.

Slide 10 - Diapositive

Soorten voer 
ruwvoer = voer met veel vezels
voedsel nodig dat grofvezelig is: vertering goed te laten verlopen:
- anders raakt de pens van streek (pensverzuring, lebmaagverdraaiing)
- bevat belangrijke voedingsstoffen 

krachtvoer = veel voedingsstoffen per kg voer




Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Waar let je op bij de
beoordeling (check) van een koe?

Slide 13 - Carte mentale

Beoordeling koe
  • Alertheid
  • Glans en gladheid van de vacht
  • Ontwikkeling
  • Bevuiling
  • Conditie
  • Pens (bewegingen)
  • Huidbeschadigingen
  • Zwellingen en pijn
  • (graas)gedrag
  • Houding en beweging
  • Productie en eventuele veranderingen

Slide 14 - Diapositive

Dagelijkse verzorging
  • Voeren
  • Water geven
  • Exterieurverzorging (poetsen) / automatische koeborstel
  • Mesten/boxen schoon maken
  • Monitoren (gezondheidscheck)
  • Melken (bij melkkoeien)
  • Aandacht geven
  • Weidegang geven indien dit op het bedrijf gewenst is

Slide 15 - Diapositive

Noem een periodieke
verzorging van runderen.

Slide 16 - Carte mentale

Periodieke verzorging
  • Stal volledig uitmesten en eventueel ontsmetten
  • Vaccineren
  • Ontwormen
  • Klauwen bekappen (2 tot 3 keer per jaar)
  • Scheren

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Slide 19 - Vidéo

Wat is geen reden om een koe te scheren?
A
Tegen transpireren
B
Om te zorgen dat ze minder snel ziek worden
C
Omdat het er mooier uit ziet
D
Om luizen en schurftmijt te voorkomen

Slide 20 - Quiz

Noem een huisvestingvorm
voor runderen.

Slide 21 - Carte mentale

Huisvestingssystemen
  • Grasland
  • Ligboxenstal
  • Potstal
  • Grupstal
  • Hellingstal

Slide 22 - Diapositive

Grasland
  • 3 koeien hebben 1 hectare land nodig
  • Beschutting nodig tegen de zon

  • Geregeld omweiden:
- worminfecties tegen gaan (zoals leverbot)
- weiland kan herstellen

  • Leverbot voorkomen:
- grasland droog houden
- zorgen voor een goede afwatering

Slide 23 - Diapositive

Hoe kun je leverbot voorkomen in je grasland?

Slide 24 - Question ouverte

Ligboxenstal
Meest gebruikte stal in Nederland.

Koeien lopen los in de stal.
Kunnen liggen in de 'ligbox' 
       --> bodem zaagsel of rubberen mat, 
waterbed, diep strooiselbox.

Mest en urine vallen door een rooster in 
de mestput.

Slide 25 - Diapositive

Potstal
Ouderwetse manier en veel gebruikt op biologische bedrijven.

Koeien staan op stro, waar elke keer
nieuwe stro op wordt gegooid. 

1 of 2x per jaar uitgemest.


Slide 26 - Diapositive

Grupstal
Zeer ouderwets, komt bijna niet meer voor.

Koeien liggen en staan op stro en staan vast (kunnen liggen en staan). 'grup' = mestgoot die achter de 
koeien doorloopt en ontlasting en urine 
opvangt.
In de zomer gaan de koeien naar buiten. 


Slide 27 - Diapositive

Hellingstal
= doorontwikkeling van de potstal

Weinig in Nederland, wel veel in Duitsland. 

Stro wordt op het hoogste punt gelegd. 
De dieren lopen het stro door de stal heen, waardoor mest naar beneden schuift. 
Mest belandt op het lage gedeelte, wordt eruit gehaald door een uitmestsysteem. 

Koeien liggen op het schuine gedeelte in het schone stro. 

Slide 28 - Diapositive

Wat is de meest gebruikte stal voor runderen in Nederland?
A
Ligboxenstal
B
Potstal
C
Grupstal
D
Hellingstal

Slide 29 - Quiz

Welke huisvestingsvorm voor runderen vind jij het beste?
Ligboxenstal
Potstal
Grupstal
Hellingstal

Slide 30 - Sondage

Wat bedoelen we met BCS?

Slide 31 - Question ouverte

Body Condition Score (BCS)
Conditie bepalen: Hoe dik of dun is een koe?

Bekijken en betasten van het gebied:
- rond de staartwortel/koekoeksgaten
- de lendenen

De vet- en spierbedekking wordt beoordeeld.

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Wat is lactatie?

Slide 34 - Question ouverte

Lactatie & BCS
Lactatiegroepen indelen:
  • begin lactactie: 0 -100 dagen.                                                                                         De koe heeft vaak een hogere conditiescore.
  • tijdens lactatie: 101 - 200 dagen.                                                                                          De score loopt iets terug, omdat de koe veel melk produceert.
  • eind van lactatie: > 201 dagen.                                                                                       De conditiescore loopt iets op. De koe is dan langer drachtig en geeft minder melk.
  • droogstand

Slide 35 - Diapositive

Aan de slag!
  • Hoofdstukvragen H 2 Runderen en H 3 Varkens (blz. 12)

  • Leeractiviteit 4.3: Geslachtsorganen koe & stier (blz. 14 t/m 16)

  • Quizizz Runderen; Code: 25961778 

Slide 36 - Diapositive