2H H1 Bevolking

H1 Bevolking 
- leerdoelen
- opdrachten
- samenwerken 
- atlas 
1 / 53
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 53 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 7 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

H1 Bevolking 
- leerdoelen
- opdrachten
- samenwerken 
- atlas 

Slide 1 - Diapositive

Planning 
- X aantal lessen / 2 x per week
- SO H1 P2,3 en 4
- PW (toetsweek3) H1 P2,3,4, 8 en 9. 

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen H1 P2 
- Je kunt de bevolkingsdichtheid van gebieden berekenen en vergelijken 
- Je kunt verklaren waarom de bevolkingsdichtheid van een gebied hoog of laag is.
- Je weet wat de gevolgen zijn van overbevolking. 

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Weetjes...
-In 2050 hebben we 70 % meer voedsel nodig.

-Meer dan 4 miljard leven in gebieden met tekort aan water

-In 2050 gebruik we wereldwijd 71 % meer grondstoffen

-In 2040 zal de vraag naar energie met 30 % zijn toegenomen.

-3,2 miljard nu zijn middenklasse en dat worden er in 2030 5 miljard
-Het klimaar verandert 170 keer sneller dan zonder mensen. 

Slide 5 - Diapositive

Groepsopdracht 
*Beantwoord de vragen en noteer deze in je schrift + A3 blad.
* Groep met de meeste antwoorden goed heeft gewonnen. 
* Tijd: 50minuten 
* Mag vragen stellen (docent) maar bij iedere vraag kost je dit punten.
* gebruik je laptop/methode/atlas/ en natuurlijk je groepsgenoten voor het vinden van de antwoorden. 

Slide 6 - Diapositive

Opdrachten 
1. Hoeveel mensen wonen er op de wereld?
2. Hoeveel mensen wonen er in Europa?
3. Hoeveel mensen wonen er in Nederland?
4. Hoeveel mensen wonen er in Wijchen?

Slide 7 - Diapositive

Opdrachten
5. In welk soort gebied(en) (over de hele wereld) wonen de meeste mensen? En de minste?
6. Geef per gebied twee redenen waarom in die gebieden meer/minder mensen wonen.
7. Zoek een kaartje waarbij dit verschil zichtbaar is. 

Slide 8 - Diapositive

Opdrachten
8. Wat is bevolkingsdichtheid? 
9. Hoe kun je bevolkingsdichtheid berekenen?
10. Zoek een afbeelding die het voor je medeleerlingen visueel maakt hoeveel 1vierkante kilometer is.
11. Wanneer noem je iets dun- of dichtkbevolkt

Slide 9 - Diapositive

Opdrachten
12.Maak een top drie van continenten waar de bevolkingsdichtheid het hardst groeit!
13. En een top drie van welke continenten de bevolkingsdichtheid stagneert. 
13. Waardoor kan de bevolking groeien of afnemen?
14. Noem 2 oplossingen om de bevolkingsgroei af te remmen. 

Slide 10 - Diapositive

Handige websites 
Zie slides hieronder. 
Gebruik ook de informatie uit de atlas!!

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Lien

Slide 13 - Lien

Eindopdracht
Jullie gaan nu bij elkaars antwoorden kijken en deze voorzien van feedback.
- twee groepsleden blijven bij de tafel om uitleg te geven
- twee andere groepsleden draaien met de klok mee en gaan naar een ander groepje toe. 
- Uitwisselen maar...

Slide 14 - Diapositive

Huiswerk
Maak een korte samenvatting/mindmap over H1 P2.
Volgende les heb je deze nodig. 

Slide 15 - Diapositive

Les 2
- Opdrachten maken aan de hand van de samenvatting/mindmap van een mede- leerling.
Je mag alleen de samenvatting gebruiken.
- Bespreek met je uitwissel partner of de samenvatting goed genoeg was om de opdrachten te maken of mist er nog te veel informatie?
- PW nakijken + bespreken. 

Slide 16 - Diapositive

Hoe bereken je de bevolkingsdichtheid van gebieden?

Slide 17 - Question ouverte

Berekenen van de bevolkingsdichtheid
inwoneraantal / oppervlakte van ene land= bevolkingsdichtheid

Slide 18 - Diapositive

Waar in de wereld vind je dichtbevolkte gebieden?

Slide 19 - Question ouverte

Waarom is de bevolkingsdichtheid van Canada heel laag?

Slide 20 - Question ouverte

Wat zijn de gevolgen van overbevolking?

Slide 21 - Question ouverte

Paragraaf 3 

Slide 22 - Diapositive

Bevolkingsdichtheid
 ● In steden wonen veel mensen op
    1 km2 (=                       ).
    Vooral in het zuiden van Canada.
 ● In het noorden van Canada 
    wonen weinig mensen op 1 km2
    (=                      ).

►Bevolkingsdichtheid: hoeveel mensen ergens per vierkante kilometer
    (km2) wonen.   

bevolkingsdichtheid =

oppervlakte
aantal inwoners
dichtbevolkt
dunbevolkt

Slide 23 - Diapositive

1 km2
1km2 in Wijchen 

Slide 24 - Diapositive

Gebruik de bron.
Stel dat gebied A een oppervlakte heeft van 100 km2. Elke poppetje staat voor 500 inwoners.
Wat is de bevolkingsdichtheid van gebied A? Vul het getal in.

Slide 25 - Diapositive

Antwoord
12 poppetjes × 500 inwoners = 6.000 inwoners. Deel dat door 100 km2 = 60

Slide 26 - Diapositive

Vraag 2 
Van Nederland wordt vaak gezegd dat het een van de dichtstbevolkte gebieden van de wereld is.


1. Waarom komt Nederland toch niet voor in de top 10 met de dichtstbevolkte landen ter wereld?

Slide 27 - Diapositive

Waarom komt Nederland toch niet voor in de top 10 met de dichtstbevolkte landen ter wereld?

Slide 28 - Question ouverte

Singapore heeft een oppervlakte van 716 km2 en 7.925,2 inwoners
Bereken het aantal inwoners van het land.
A
90,34
B
5.674.443,2

Slide 29 - Quiz

Hoe te berekenen?!
716 km2 × 7.925,2 inwoners per km2 = 5.674.443,2 inwoners

Slide 30 - Diapositive

Orbonsistan heeft 12.400.000 inwoners en een oppervlakte van 15.000 vierkante meter. Bereken de bevolkingsdichtheid.

Slide 31 - Question ouverte

Slide 32 - Lien

0

Slide 33 - Vidéo

H1.3 Geboorte en sterfte

Leerdoelen:

- invloed geboorte en sterfte op bevolking

- factoren die dit beïnvloeden

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Vidéo

Slide 36 - Vidéo

Geboorte en sterftecijfer
Geboortecijfer = aantal geboortes  per 1000 inwoners

Sterftecijfer
  = Het aantal sterftegevallen per 1000 inwoners

Procent = 1 gedeeld door 100 = %
Promille = 1 gedeeld door 1000 = ‰ 

Slide 37 - Diapositive

Zelf oefenen
  • In totaal zijn er 12.500.000 inwoners                      Kom je er niet uit? Hier staan een paar hints!

  • Het sterftecijfer is 5‰

  • Het vestigings-overschot is 1‰

  • De totale bevolking groeit met 30.000 mensen

  • Wat is het geboortecijfer?

  • Klaar?                                                                           of help degene naast je 
Je wilt het geboortecijfer weten. Bedenkt allereerst welke informatie je hiervoor nodig hebt. Kijk of je die informatie kunt vinden.
1
Voor het geboortecijfer moet je de totale bevolking kennen, en je moet weten hoeveel mensen erbij gekomen zijn door geboorte. Kun je dat uitrekenen? 
2
Voor deze berekening moet je weten wat de natuurlijke bevolkingsgroei is. Je weet alleen de totale bevolkingsgroei. Je moet eerst weten welk deel natuurlijk (geboorte/sterfte) is, en welk deel sociaal (migratie) is.
3
Met het vestigingsoverschot (dat is het vestigingscijfer min het vertrekcijfer) en de totale bevolking, kun je uitrekenen hoeveel mensen erbij zijn gekomen via migratie. Je weet nu ook hoeveel er via de natuurlijke weg bij zijn gekomen.
4
Je hebt nu de natuurlijke bevolkingsgroei, en je hebt een sterftecijfer. Je kunt nu uitrekenen hoeveel het geboorte-overschot is. Onthoud: geboorte-overschot is het geboortecijfer min het sterftecijfer. 

Het geboorte-overschot laat dus zien hoeveel de bevolking groeit in promille. Jij weet het nu in absolute aantallen. Het promillage, kun je uitrekenen.
5
Je hebt nu het geboorte-overschot, en je hebt het sterftecijfer. De formule voor het overschot is geboortecijfer min sterftecijfer. Je kunt nu het geboortecijfer berekenen.
6
Klik hier voor nog een oefening
  • Totaal aantal inwoners: 25.000.000
  • Geboorte-overschot: 4‰
  • Totale bevolkingsgroei: 300.000
  • Vestigingscijfer: 3‰
  • Wat is het migratiesaldo?

Slide 38 - Diapositive

Wanneer spreken we niet van natuurlijke sterfte?
A
Een iemand overlijdt aan een erge ziekte
B
Een iemand sterft van ouderdom
C
Een iemand wordt aangereden door een trein
D
Alle drie zijn natuurlijke sterfte

Slide 39 - Quiz

Heeft NL een hoger geboorte- of sterftecijfer?
A
Geboortecijfer
B
Sterftecijfer

Slide 40 - Quiz

Waarom hebben armere landen vaak grote gezinnen? Een kind kost toch juist veel geld....?

Slide 41 - Question ouverte

On the move

3% van de wereldbevolking migreert.

Over het algemeen van het arme zuiden naar het rijke noorden.


Slide 42 - Diapositive

Bevolkingsspreiding

Slide 43 - Diapositive

Slide 44 - Diapositive

Slide 45 - Diapositive

Slide 46 - Diapositive

Slide 47 - Diapositive

Slide 48 - Diapositive

Slide 49 - Diapositive

0

Slide 50 - Vidéo

Slide 51 - Vidéo


Van welk land zou dit een bevolkingspiramide kunnen zijn?
A
Duitsland
B
Mali
C
Polen
D
China

Slide 52 - Quiz

0

Slide 53 - Vidéo