Huren - Vaste kosten

Vaste kosten
1 / 10
suivant
Slide 1: Carte mentale
pavBuitengewoon secundair onderwijs

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Vaste kosten

Slide 1 - Carte mentale

Slide 2 - Diapositive

Voorbeelden 
Gas
Water 
Elektriciteit
Afvalophaling
Milieutaks
Internet
...

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Welke stelling klopt?
De vaste kosten uit het
voorbeeld bedragen...
A
tussen 40 en 50% van het budget
B
tussen 50 en 60% van het budget
C
ongeveer 70% van het budget
D
ongeveer 30% van het budget

Slide 6 - Quiz

Elodie verdient 1.600 euro per maand.

‘Ik ben single en huur een appartement voor €685 per maand. Voor gas en elektriciteit tel ik € 65 neer. Ik heb een fitnessabonnement van € 30 en geef € 33 per maand aan het goede doel. 

De helft van mijn inkomen gaat dus naar vaste kosten, zoals de huur en nutsvoorzieningen.

Vraag me niet hoeveel ik per maand uitgeef aan eten en drinken, want daar heb ik geen flauw idee van. 

Slide 7 - Diapositive

Hoeveel vaste kosten heeft Elodie?
Ik ben single en huur een appartement voor €685 per maand. Voor gas en elektriciteit tel ik € 65 neer. Ik heb een fitnessabonnement van € 30 en geef € 33 per maand aan het goede doel

Slide 8 - Question ouverte

Hoeveel houdt Elodie nog over voor eten, drinken, sparen, vrije tijd,...?
Elodie verdient €1600 per maand.
Ze heeft €813 aan vaste kosten.

Slide 9 - Question ouverte

Oefening
Ga naar Google Classroom
Maak de opdracht

Slide 10 - Diapositive