13.4 Hart- en vaatziekten

H13 Transport en afweer
13.4 Hart- en vaatziekten
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

H13 Transport en afweer
13.4 Hart- en vaatziekten

Slide 1 - Diapositive

Hoe kun je een ader herkennen? Noem twee kenmerken.

Slide 2 - Question ouverte

Welk type bloedcel kan tussen de cellen van haarvaten door?
A
Witte bloedcel
B
Rode bloedcel
C
Roze bloedcel
D
Bloedplaatje

Slide 3 - Quiz

Welk stofje is belangrijk voor de bloedstolling door de bloedplaatjes?
A
Trombine
B
Hemoglobine
C
Fibrine
D
Collageen

Slide 4 - Quiz

Aan het einde van de les...
- Kun je de gevolgen van hart- en vaatziekten noemen en aangeven hoe je de kans op harten vaatziekten kunt verkleinen.

Slide 5 - Diapositive

Bloeddruk
Te laag: Duizeligheid, vermoeidheid, vaak vooral bij het opstaan. Soms flauwvallen.
  Oorzaak: Vaak genetisch

te hoog: Beschadigingen aan de bloedvaten.
  Oorzaak: Vaak levensstijl, soms genetisch.

Een te hoge bloeddruk weet je pas wanneer je het meet!  >

Slide 6 - Diapositive

Slagaderverkalking  & een hartinfarct
Cholesterol

Slide 7 - Diapositive

Hartslag (hartritme

Slide 8 - Diapositive

Hartritmestoornis
Pacemaker: Apparaatje dat elektrische signaaltjes geeft om een slechte hartritme goed te maken.

Slide 9 - Diapositive

Een gezond hart
- Voldoende onverzadigde vetten en vooral omega-3 vetten eten (vette vis, walnoten, lijnzaad, chiazaad)
- Niet te veel zout eten
- Voldoende beweging  
- Overgewicht voorkomen
- Niet roken / alcohol / drugsgebruik
- Stress voorkomen

- Eventueel medicijnen voor genetische hoge bloeddruk / cholesterol.

Slide 10 - Diapositive

Zelfstandig werken
- Werk aan de opdrachten van 13.4. 

- Klaar? Maak de test jezelf van 13.4.

Succes! :)

Slide 11 - Diapositive

Huiswerk: Opdrachten van 3.2 + 3.3

Slide 12 - Diapositive

Waarom zitten er geen kleppen in de slagaders?

Slide 13 - Question ouverte

De kleine bloedsomloop gaat naar de
A
Rest van het lichaam
B
De longen

Slide 14 - Quiz