Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
wat betekent : obstakel ?
A
een gebouw
B
iets wat in de weg staat
C
iets wat hoog is
D
een beeld
Slide 11 - Quiz
wat betekent : riskant ?
A
gevaarlijk
B
bijzonder
C
duur
D
krachtig
Slide 12 - Quiz
wat betekent : de toename ?
A
bijzonder
B
groot
C
de groei
D
langzaam
Slide 13 - Quiz
wat betekent : gering ?
A
gevaarlijk
B
klein
C
meteen
D
duur
Slide 14 - Quiz
wat betekent : streven naar ?
A
de beste willen zijn
B
hard werken
C
proberen
D
twijfelen
Slide 15 - Quiz
wat betekent : het imago ?
A
het schilderij
B
de rijke mensen
C
de toename
D
het beeld
Slide 16 - Quiz
wat betekent : de welgestelden
A
de rijken
B
de armen
C
zich er niets van aantrekken
D
de geestelijken
Slide 17 - Quiz
wat betekent : overstag gaan ?
A
omdraaien
B
gemakkelijk overgehaald worden
C
twijfelen
D
zeker weten
Slide 18 - Quiz
wat betekent : irrealistisch
A
werkelijk
B
onwerkelijk
C
krachtig
D
bijzonder
Slide 19 - Quiz
Wat betekent : complex ?
A
proberen
B
gevaarlijk
C
klein
D
moeilijk
Slide 20 - Quiz
typ hier je antwoorden van opdracht 1 ( van deze les)
Slide 21 - Question ouverte
typ hier je antwoorden van opdracht 2 ( van deze les)
Slide 22 - Question ouverte
typ hier je antwoorden van opdracht 3 ( van deze les)
Slide 23 - Question ouverte
Geef antwoord op alle vragen : 1. Heb je gezien wat je fout gedaan hebt ? 2. Begrijp je waardoor je het fout gedaan hebt ? 3. Heb je nog extra uitleg ergens voor nodig ?