1BK Topic 3-10

Today
- Words
- Present continuous
- Possessive pronouns
- Listening
1 / 52
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 52 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Today
- Words
- Present continuous
- Possessive pronouns
- Listening

Slide 1 - Diapositive

Words
Vertaal de woorden.

Slide 2 - Diapositive

Vertaal: prank

Slide 3 - Question ouverte

Vertaal: at the moment

Slide 4 - Question ouverte

Vertaal: cheers

Slide 5 - Question ouverte

Vertaal: some

Slide 6 - Question ouverte

Vertaal: it's about

Slide 7 - Question ouverte

Vertaal: vrouw

Slide 8 - Question ouverte

Vertaal: verdrietig

Slide 9 - Question ouverte

Vertaal: rijden op

Slide 10 - Question ouverte

Vertaal: achter

Slide 11 - Question ouverte

Vertaal: vragenlijst voor een interview

Slide 12 - Question ouverte

Numbers
Schrijf de getallen voluit in het Engels. 

Slide 13 - Diapositive

11

Slide 14 - Question ouverte

8

Slide 15 - Question ouverte

19

Slide 16 - Question ouverte

90

Slide 17 - Question ouverte

65

Slide 18 - Question ouverte

15

Slide 19 - Question ouverte

3

Slide 20 - Question ouverte

33

Slide 21 - Question ouverte

14

Slide 22 - Question ouverte

40

Slide 23 - Question ouverte

Present Continuous
Zet het werkwoord tussen haakjes in de ING-vorm.
Let op! Jouw antwoord bestaat telkens uit 2 woorden.

Slide 24 - Diapositive

She ... (talk) to her.

Slide 25 - Question ouverte

They ... (stay) home.

Slide 26 - Question ouverte

Jenny and I ... (run) to school.

Slide 27 - Question ouverte

My mum ... (water) the plants.

Slide 28 - Question ouverte

It ... (rain) hard today.

Slide 29 - Question ouverte

Her parakeet ... (fly) around the room.

Slide 30 - Question ouverte

We ... (give) a present to you.

Slide 31 - Question ouverte

You ... (go) to the Efteling.

Slide 32 - Question ouverte

I ... (make) an apple pie.

Slide 33 - Question ouverte

School ... (send) us a card.

Slide 34 - Question ouverte

Possessive Pronouns
Welk woord past in de zin? 
Kies uit:
my, your, his, her, its, our, their

Slide 35 - Diapositive

Hey! You can't take that. That is ... tooth brush.

Slide 36 - Question ouverte

The cat was licking ... tail.

Slide 37 - Question ouverte

We are walking ... dog.

Slide 38 - Question ouverte

Susan has a new pet. ... new dog is named Cal.

Slide 39 - Question ouverte

When ... books fell on the floor, Roy started to cry.

Slide 40 - Question ouverte

They have a new car. ... car is a BMW.

Slide 41 - Question ouverte

... house was on fire. Now they have to live somewhere else.

Slide 42 - Question ouverte

I was walking ... dog when it started to run really fast.

Slide 43 - Question ouverte

The lion shook ... mane.

Slide 44 - Question ouverte

What is ... favourite video? Do you watch it a lot?

Slide 45 - Question ouverte

Listening
Bekijk de filmpjes en beantwoord de vragen.

Slide 46 - Diapositive

2

Slide 47 - Vidéo

00:35
Waarom is de hond teleurgesteld?
A
Dat de samenstelling van de sandwich niet lekker is.
B
Dat hij de sandwich niet zelf heeft kunnen eten.
C
Dat het maken van de sandwich een grapje was.

Slide 48 - Quiz

01:06
Wat is niet op de laatste sandwich gedaan?
A
kip
B
kattensnoepjes
C
ketchup
D
kaas

Slide 49 - Quiz

2

Slide 50 - Vidéo

00:05
Wat gaan ze doen?
A
de heetste peper een naam geven
B
een vrouw ontmoeten
C
de heetste peper eten
D
een vrouw erbij roepen

Slide 51 - Quiz

01:06
Welke statement is juist?
A
De mannen vonden het de vorige keer leuk.
B
De mannen hebben zin om nog een peper te eten.
C
De Carolina Reaper komt uit Argentinië.
D
De nieuwe peper is de heetste peper ter wereld.

Slide 52 - Quiz