Lente/meivakantie pubquiz HHS

Op naar de meivakantie...................
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
StudielessenPraktijkonderwijsLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Op naar de meivakantie...................

Slide 1 - Diapositive

MEIVAKANTIE 
Welke belangrijke dagen vallen in de 
MEIVAKANTIE?

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Op welke dag vieren we Koningsdag ?
A
23 april
B
25 april
C
27 april
D
30 april

Slide 4 - Quiz

Waar woont de koninklijke familie?
A
Den Haag
B
Rotterdam
C
Amsterdam
D
Leiden

Slide 5 - Quiz

Wie is dit?
A
De tante van Willem-Alexander
B
De vrouw van Willem-Alexander
C
De moeder van Willem-Alexander
D
De oma van Willem-Alexander

Slide 6 - Quiz

Hoe heten de dochters van Willem-Alexander en Máxima?
A
Alexandra, Alexa en Alexis
B
Beatrix, Juliana en Wilhelmina
C
Anna, Catharina en Victoria
D
Amalia, Alexia en Ariane

Slide 7 - Quiz

Uit welk land komt koningin Máxima?
A
Brazilië
B
Argentinië
C
Mexico
D
Paraguay

Slide 8 - Quiz

In welke provincie ligt onze hoofdstad?
A
Zuid-Holland
B
Noord-Holland
C
Utrecht
D
Gelderland

Slide 9 - Quiz

Hoeveel dagen heeft de maand april?
A
28
B
30
C
31

Slide 10 - Quiz

Dieren vragen

Slide 11 - Diapositive

waarom staan flamingo's vaak op 1 been?
A
Om niet af te koelen
B
tegen bijtende visjes
C
Om het andere been te sparen

Slide 12 - Quiz

Hoe wordt een jonge kat genoemd?
A
Kitten
B
Hump
C
Puppy
D
Katje

Slide 13 - Quiz

2. Raad het DIER

Slide 14 - Question ouverte

6. Raad het DIER

Slide 15 - Question ouverte

hoe heet dit dier?
A
aap
B
egel
C
kat
D
stokstaartje

Slide 16 - Quiz

welk dier komt het meest voor in Nederland?
A
honden
B
vissen
C
katten
D
vogels

Slide 17 - Quiz

En dan nu een filmpje...
Kijk goed

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

WAT GAAT DE AAP DOEN?
A
Hij laat ze schrikken
B
Hij doet niks
C
Hij gaat zitten en gaat eten
D
Er komen andere apen bij

Slide 20 - Quiz

0

Slide 21 - Vidéo

Voeding

Slide 22 - Diapositive

Welke maaltijd is de belangrijkste van de dag?
A
Ontbijt
B
Lunch
C
Avondmaaltijd
D
Tussendoortjes

Slide 23 - Quiz

Een bakker verkoopt brood, maar wat verkoopt een kruidenier?
A
Bloemen en planten
B
Kruiden
C
Snoep
D
Het is een soort kleine supermarkt

Slide 24 - Quiz

Welk drankje bevat de meeste suikerklontjes?
A
Fristi
B
Dubbelfris
C
Appelsap
D
Chocomelk

Slide 25 - Quiz












Lente vragen

Slide 26 - Diapositive

Wat hoort er niet bij de lente ?
A
Het is korter licht
B
Dieren komen uit hun winterslaap
C
De knoppen van bomen, bloemen en struiken komen uit
D
Vogels gaan nestelen en broedden

Slide 27 - Quiz

Hoe heet deze bloem?
A
tulp
B
narcis
C
roos
D
paardenbloem

Slide 28 - Quiz

Wanneer begint de lente?
A
21 maart
B
21 juni
C
21 december
D
21 september

Slide 29 - Quiz

Wat is GEEN kenmerk van de lente?

A
Het is korter licht
B
De knoppen van bomen gaan uitbloeien en je ziet bloesem
C
Dieren komen uit een winterslaap
D
Vogels gaan nestelen en broeden

Slide 30 - Quiz