4.1 oorlog in Europa 3

Par. 4.1 Oorlog in Europa
Les 3 


1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Par. 4.1 Oorlog in Europa
Les 3 


Slide 1 - Diapositive

Planning
Terugblik
Uitleg
Zelfstandig werken
Nabespreken

Slide 2 - Diapositive

1941
1943
1944
1945
de VS gaan meedoen met de geallieerden.

Op 8 mei capituleert Duitsland
Het Sovjet leger begint de Duitsers terug te dringen
In West-Frankrijk begint de geallieerden invasie

Slide 3 - Question de remorquage

Welke uitspraken passen bij het affiche? 
Kies de juiste antwoorden.
A. De Atlantikwall bestond uit bunkers, kanonnen en prikkeldraad
B. In 1918 won Duitsland WO 1
C. In 1943 was de geallieerde invasie
D. Met de Atlantikwall wilde DL de oorlog niet verliezen, zoals in 1918

Slide 4 - Question de remorquage

Welke datum begon de invasie van de geallieerden in Normandië

A
6 mei 1944
B
6 juni 1944
C
5 juni 1945
D
4 mei 1945

Slide 5 - Quiz

De tweede wereldoorlog is van ....
A
1939-1945
B
1917-1919
C
1940-1945
D
1914-1918

Slide 6 - Quiz

Wat betekent D-Day?
A
Destruction Day
B
Doomsday
C
Deutschland Day
D
Decision Day

Slide 7 - Quiz

Wat gebeurde er op D-day?
A
De Russen verdreven de nazi's uit Stalingrad
B
De geallieerden bestormden de stranden van Frankrijk
C
De Duitsers gaven zich over
D
De atoombom werd op Hiroshima gegooid

Slide 8 - Quiz

D-Day was een belangrijke dag in het verloop van de Tweede Wereldoorlog. Op welke dag was D-Day?
A
22 augustus 1945
B
5 mei 1945
C
12 september 1945
D
6 juni 1944

Slide 9 - Quiz

Welk jaar trokken de geallieerden Duitsland binnen
A
maart 1945
B
Juni 1944
C
mei 1945
D
juli 1945

Slide 10 - Quiz

Wanneer was WO2 een Blitzkrieg?
A
Toen Duitsland verschillende landen in West-Europa veroverde
B
Nadat Amerika meedeed
C
Toen Hitler Rusland binnenviel
D
Tegen het einde van de oorlog

Slide 11 - Quiz

Wanneer capituleerden Duitsland
A
Toen Hitler zelfmoord pleegde
B
Toen Sovjetunie Berlijn veroverde
C
Toen Nederland werd bevrijdt
D
Toen D-day begon

Slide 12 - Quiz

Van Jodenhaat tot holocaust 
  • 1933 Hitler komt aan de macht.
  • Vanaf dan worden allerlei regels tegen de Joden gemaakt.
    - Joden mogen niet trouwen met niet-Joden.
    - Joden die voor de overheid werken krijgen ontslag.
    - Joden mogen niet de bibliotheek, zwembaden en ov. 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Jodenhaat in fases
Fase 1: discriminatie
Fase 2: uitsluiting
Fase 3: Razzia's, doorgangskampen  concentratie
Fase 4a: vernietiging
Fase 4b: De "eindoplossing"

Slide 15 - Diapositive

Jodenhaat in duitsland 

In 1933 wonen er 500.000 Joodse Duitsers in Duitsland

Joden krijgen door de geschiedenis heen van heel veel slechte gebeurtenissen de schuld. 

Slide 16 - Diapositive

Jodenhaat in Duitsland
Rassenleer: 
De joodse gelovige  een 'Joods ras vormen die een bedreiging zou zijn voor het  ''Duitse ras'

Start van  Jodenhaat






Antisemitisme:
Jodenhaat

Slide 17 - Diapositive

Van Jodenhaat tot volkerenmoord
Hitler schrijft Mein Kampf:
 Hierin geeft hij Joden de schuld van alle problemen op de wereld.


Hij wakkert het antisemitisme in Duitsland aan

Slide 18 - Diapositive

Van jodenhaat tot volkerenmoord
Discriminerende wetten die Hitler invoert:
- Joden mogen niet naar het zwembad of de bioscoop
Joden mochten niet met Duitsers trouwen

Slide 19 - Diapositive

Wat betekent antisemitisme?

Slide 20 - Question ouverte

Van Jodenhaat tot volkerenmoord
1941: de Nazi's beginnen met het plannen hen organiseren van het vermoorden van de Joodse bevolking.
- Dit begon met razzia's

Razzia's : georganiseerde jacht op mensen 


Slide 21 - Diapositive

Volkerenmoord
1. Joden worden naar doorgangskampen gebracht




2. Daarna worden ze gedeporteerd naar
     concentratiekampen

Slide 22 - Diapositive

Concentratiekampen
Sterke mannen en vrouwen
dwangarbeid
Ouderen, kinderen zieken: vernietigingskampen
Auswitch, Sobibor

Slide 23 - Diapositive

6 miljoen doden
Niet alleen Joden, maar ook:
-Roma en Sinti
-Homoseksuelen
-Jehovagetuigen
-Journalisten
-Communisten
-Gehandicapten mensen

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Lien

Razzia's - deporteren - concentratiekampen - vernietigingskampen
A
Dit is de juiste volgorde waarin de Holocaust plaatsvond
B
Dit is NIET de juiste volgorde waarin de Holocaust plaatsvond

Slide 26 - Quiz

Waar werden sterke mannen en vrouwen heen gestuurd?
A
Doorvoerkampen
B
Concentratiekampen
C
Vernietigingskampen

Slide 27 - Quiz

De Nazi's startte de Holocaust door
A
Razzia's uit te voeren
B
Joden te deporteren
C
Joden te concentreren

Slide 28 - Quiz

Zelfstandig werken
Maken 
Opdracht 7 t/m 9 
Blz 134 t/m 135

Slide 29 - Diapositive