Cameravoering

Cameravoering
Dichtbij? Veraf? Er tussenin? Wat kies je straks als cameraman/vrouw? Deze keuze maakt of een film heel spannend of juist heel triest wordt. De beeldkeuze bepaalt wat je gaat vertellen met het beeld!
1 / 46
suivant
Slide 1: Diapositive
Dienstverlening en ProductenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 46 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Cameravoering
Dichtbij? Veraf? Er tussenin? Wat kies je straks als cameraman/vrouw? Deze keuze maakt of een film heel spannend of juist heel triest wordt. De beeldkeuze bepaalt wat je gaat vertellen met het beeld!

Slide 1 - Diapositive

In een storyboard zie je in korte schetsen het filmverhaal. Ook wordt er een kader van het schot, het standpunt of de beweging van de camera in het storyboard getekend. Hierdoor weet bij voorbeeld de cameraman/vrouw wat er moet gebeuren bij een opname.
Voorbeeld storyboard Lion King
Naast het script heb je een storyboard. Een storyboard is een soort stripverhaal; in kleine plaatjes en met korte tekst kun je makkelijk en snel zien hoe het verhaal verloopt. Schetsen maken duidelijk hoe de cameraman/vrouw  gaat filmen en wat de cameraman/vrouw gaat filmen.
Op de volgende slide zie je een stukje uit de film van de Lion king.  Het storyboard wat je op deze slide ziet komt uit een ander stukje van de film.

Slide 2 - Diapositive

Naast het script heb je een storyboard. Een storyboard is een soort stripverhaal; in kleine plaatjes en met korte tekst kun je makkelijk en snel zien hoe het verhaal verloopt. Schetsen maken duidelijk hoe de cameraman/vrouw gaat filmen en wat de cameraman/vrouw gaat filmen.

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

1
2
3
Storyboard
In een storyboard zie je in korte schetsen het filmverhaal. Ook wordt er een kader van het schot, het standpunt of de beweging van de camera in het storyboard getekend. Hierdoor weet bijvoorbeeld de cameraman/vrouw wat er moet gebeuren bij een opname.In een storyboard wordt ook aangegeven welk standpunt of kader of beweging er met de camera gemaakt moeten worden.

1. Kikkerperspectief 
2. Tilt beweging: van onder naar boven
3. Vogelperspectief

In de volgende slides worden deze begrippen uitgelegd.

Slide 4 - Diapositive

In een storyboard zie je in korte schetsen het filmverhaal. Ook wordt er een kader van het schot, het standpunt of de beweging van de camera in het storyboard getekend. Hierdoor weet bijvoorbeeld de cameraman/vrouw wat er moet gebeuren bij een opname.In een storyboard wordt ook aangegeven welk standpunt of kader of beweging er met de camera gemaakt moeten worden.

1. Kikkerperspectief 
2. Tilt beweging: van onder naar boven
3. Vogelperspectief

In de volgende slides worden deze begrippen uitgelegd.
Kader
Met een cameraopname (shot) bepaal je wat je ziet. En dat wat je ziet noem je een kader. 

In deze lessenserie behandelen we 3 verschillende kaders. 
1. Close up 
2. Medium
3. Totaal

Slide 5 - Diapositive

Er zijn nog veel meer kaders. In deze lessenserie beperken we het aantal tot 3 kaders. 

Een shot is de camera aan en de camera uit.
Totaal
In een totaal shot krijg je een goed overzicht van bijvoorbeeld de plek waar de scène zich afspeelt.  Zoals hier, een juf en een klas. Je bent in een school.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Medium
Je ziet een persoon vanaf zijn middel tot en met het hoofd. Je kunt hiermee bijvoorbeeld een groepje mooi in beeld brengen.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Close-up
Bij een close-up kun je heel goed de handeling of de emotie van een acteur zien. 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Totaal
Ver weg; je ziet veel en hebt een overzicht. Hierdoor krijg je een goed beeld van bijvoorbeeld de plek waar de scène zich afspeelt.  
Close-up
Dichtbij; je ziet details. Hierdoor kun je bijvoorbeeld goed de handeling of de emotie van een acteur zien. 
Medium
Je ziet een persoon vanaf zijn middel tot en met het hoofd. Je kunt hiermee bijvoorbeeld een groepje mooi in beeld brengen. 
Waar staat de camera?
KADERS

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar staat de camera?
Kikkerperspectief
Je kijkt van laag naar hoog. Iets lijkt daardoor groot en machtig. 
Vogelperspectief
Je kijkt van hoog naar laag. Iets lijkt daardoor klein. 
Ooghoogte
Dit is een neutraal standpunt; je kijkt recht vooruit en bent op gelijke hoogte. 
STANDPUNTEN

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

TOTAAL
MEDIUM
CLOSE-UP

Slide 11 - Question de remorquage

Sleep de foto's in de kaders.
Standpunt ook wel perspectief
Met een cameraopname (shot)  kun je ook een standpunt in nemen. Je kunt bijvoorbeeld met je camera op een trap gaan staan en naar beneden filmen dan krijg je een vogelperspectief. Zet je de camera op de grond en film je omhoog dan krijg je een kikkerperspectief. Jouw keuze bepaalt wat je met een shot wilt vertellen.


Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vogelperspectief
Door het vogelperspectief lijkt iemand heel klein en daardoor nietig en niet zo belangrijk.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kikkerperspectief.
Door het kikkerperspectief lijkt iemand heel groot en daardoor machtig en heel belangrijk.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ooghoogte
Door op ooghoogte te filmen (neutraal perspectief) breng je iemand gelijkwaardig in beeld. (Film je op ooghoogte dan zit er even niet veel spanning in je film; het geeft rust).

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kikkerperspectief
Ooghoogte 
Vogelperspectief

Slide 16 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

KIKKER
OOGHOOGTE
VOGEL

Slide 17 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Je kunt met een camera allerlei bewegingen maken. Voor elke beweging is er in filmtaal een naam. Zo heb je een tilt en je hebt een pan. Wie kan uitleggen wat een pan is. Wie kan vertellen wat een tilt is?

Slide 18 - Diapositive

Je kunt je camera stilhouden maar je kunt ook bewegen met je camera. Dat is hetzelfde als wanneer je je hoofd beweegt. Je volgt het voorbeeld wat je filmt. Dat kan zijn een fietser, of een blaadje aan de boom dat naar beneden valt. Beweeg je je camera van boven naar beneden dan noem je dat een tilt. Beweeg je een camera van links naar recht dan noem je dat een pan.
Hoe beweegt de camera?
Pan
Heen en weer; bijvoorbeeld van rechts naar links. 
Tilt
Op en neer; bijvoorbeeld van boven naar beneden. 
Geen
De camera staat stil. 
Camerabewegingen
Bekijk het fragment uit de film 'Coco' op de volgende slide. 
Zijn de camerabewegingen duidelijk?

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Pan
Hier volg je met de camera de fietser, dat heet dan een pan.

Slide 20 - Diapositive

De camera kan de fietser volgen. De camera beweegt met het onderwerp mee. In dit geval gaat de fietser van links naar rechts. Deze beweging noem je een pan!
Tilt
Hier volg je met de camera het blaadje. Het blaadje valt naar beneden. Je camera volgt het blaadje, die noem je een tilt.

Slide 21 - Diapositive

De camera kan het blaadje volgen. De camera beweegt dan met het onderwerp mee. In dit geval valt het blaadje naar beneden, je kunt deze beweging volgen met je camera. Deze beweging noem je een tilt!
Geen beweging
De camera staat stil. Dat doe je als je bijvoorbeeld iemand intervieuwt. Het zou niet fijn kijken zijn als de camera steeds beweegt terwijl je naar iemand luistert en kijkt.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stil beeld
Pan
Tilt

Slide 23 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

4

Slide 24 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Test jezelf

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

00:04-00:08



Tilt-beweging 
(van boven naar beneden)

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

00:15-00:22
Pan-beweging
(heen en weer)

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

00:27-00:32


Pan-beweging 
(heen en weer -->
naar voren)

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

00:33-00:45


Beweging = geen
Shot = totaal
Standpunt = ooghoogte
k
Kader: Totaal
Standpunt: Ooghoogte
Beweging: Geen

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is dit voor een soort shot?
A
kikkerperspectief
B
vogelperspectief
C
ooghoogte
D
point-of-view

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is dit voor een shot?
A
Over-the-shoulder
B
Point-of-view

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit shot is een ......
A
Kikker & mediumshot
B
Kikker & close-up
C
ooghoogte & mediumshot
D
ooghoogte & close-up

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer gebruik je vooral een close-up in een film?

Slide 33 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit shot is een ........
A
totaal shot
B
medium shot
C
close-up

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze camera-beweging
is een .....
timer
0:05
A
dolly
B
tilt
C
lift
D
pan

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze camera-beweging is een .....
timer
0:05
A
dolly
B
tilt
C
lift
D
pan

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bestaat een scène uit shots, of een shot uit scènes?
A
Een scène uit shots.
B
Een shot uit scènes.

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is nu precies een shot?

Slide 38 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Een scène is opgenomen op één locatie, één tijdsmoment en bevat één duidelijke .............. .

Slide 39 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Rijden
Liften
Inzoomen
Tilten
Pannen
Uitzoomen
Horizontale beweging van de cameralens, waarbij de camera zelf niet van positie veranderd.
Verticale beweging van de cameralens, waarbij de camera zelf niet van positie veranderd.

Slide 40 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Rijden
Liften
Inzoomen
Tilten
Pannen
Uitzoomen
Vergroting van het filmbeeld door middel van een camerafunctie.
Verkleining van het filmbeeld door middel van een camerafunctie.

Slide 41 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Rijden
Liften
Inzoomen
Tilten
Pannen
Uitzoomen
Verticale positieverandering van de camera.
horizontale positieverandering van de camera.

Slide 42 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

De opdracht

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Storyboard
Een storyboard is een soort stripverhaal; in kleine plaatjes met weinig tekst kun je makkelijk en snel zien hoe het verhaal verloopt. 
'Coco'
Voor elke film wordt eerst een storyboard gemaakt (voordat er gefilmd wordt). Bekijk ter voorbeeld het storyboard van de film 'Coco' op de volgende slide. 

Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 45 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Storyboard maken
Zet het filmverhaal ( script) om in vijf  kleine, korte striptekeningetjes. 
Teken verschillende kaders en standpunten. 
Omcirkel om welke type kader (totaal, medium of close-up) en welke type standpunt het gaat (kikvors, ooghoogte of vogel). 

Lees de opdracht goed. 
Opdracht in magister stroryboard maken / Papieren in de les

Slide 46 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions