Romeinse cijfers - oefenen 2

Romeinse cijfers
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Romeinse cijfers

Slide 1 - Diapositive

Welk getal staat hier?
XVIII
A
17
B
18
C
28
D
23

Slide 2 - Quiz

Wat is het getal 14 in Romeinse cijfers?
A
XIIII
B
XVI
C
XIV
D
XIX

Slide 3 - Quiz

Wat is het getal 49 in Romeinse cijfers?
A
XLIX
B
XVIX
C
LXVV
D
IXIX

Slide 4 - Quiz

Grotere getallen
87:     LXXXVII

99: XCIX

136: CXXXVI

2021:     MMXXI


Slide 5 - Diapositive

Schrijf 158 in
Romeinse cijfers

Slide 6 - Question ouverte

Peter is geboren in 1990,
schrijf het jaartal in Romeinse cijfers

Slide 7 - Question ouverte

1990 = MCMXC
M = 1000
CM=900   (DCCCC, mag niet)
XC = 90     (LXXXX, mag niet)

Slide 8 - Diapositive

MDCCLXXIX
welk jaartal
staat hier?
A
1389
B
1751
C
1546
D
1779

Slide 9 - Quiz

1779
M = 1000
D = 500
CC = 200
L = 50
XX = 20
IX = 9 

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Reken uit: CXLI + XXIV =
(antwoord in Romeinse cijfers)

Slide 12 - Question ouverte

Reken uit: MMIV – XXXIX =
(antwoord in Romeinse cijfers)

Slide 13 - Question ouverte

Reken uit: XXIIII × VI =
(antwoord in Romeinse cijfers)

Slide 14 - Question ouverte

Reken uit: LIV : VI =
(antwoord in Romeinse cijfers)

Slide 15 - Question ouverte