H8 Voorkennis: Begrippennetwerk bindingen

Voorkennis H8 


VWO5
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,6

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Voorkennis H8 


VWO5

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Zout, metaal of moleculaire stof?
Metaal
Zout
Moleculaire stof
Al2O3
Fe
O2
FeO
PbS
Ni
NiBr2
HBr
C2H5OH

Slide 5 - Question de remorquage

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Na+    Cl-

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Kookpunten vergelijken van halogenen 
Hoogste kookpunt
Laagste kookpunt

Slide 14 - Question de remorquage

Kookpunten vergelijken van 2 isomeren met molecuulformule C4H10
Hoogste kookpunt
Laagste kookpunt

Slide 15 - Question de remorquage

Slide 16 - Diapositive

Atoombinding
Valentie-elektronen = elektronen in de buitenste schil van een atoom

Covalentie = aantal atoombindingen dat een atoom maakt

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Atoombinding - uitbreiding
  • Om de waterstofbrug en dipool-dipoolbinding te begrijpen is het nodig om de atoombinding  nauwkeuriger te bekijken.

Slide 20 - Diapositive

Polaire atoombinding
  • Hoe hoger de elektronegativiteit (BINAS tabel 40A), hoe harder aan de elektronen wordt getrokken. 

  • De elektronen tussen O en H bevinden zich dus dichter bij O.
  • Hierdoor wordt O partieel (een beetje) negatief geladen.
  • H krijgt een positieve partiële lading.
  • Bij  verschil EN > 0,5 --> polaire atoombinding.

Slide 21 - Diapositive

Polaire atoombinding

Slide 22 - Diapositive

Polaire en apolaire moleculen

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Waterstofbrug


  • Tussen moleculen met een OH-groep en/of een NH-groep en HF moleculen kunnen waterstofbruggen (H-bruggen) ontstaan. 
  • Hierbij trekt het partieel negatieve O/N/F-atoom van een molecuul het partieel positieve H-atoom van een ander molecuul aan.
  • Dit wordt aangegeven met stippellijnen.
  • De H-brug is zwakker dan een atoombinding, maar sterker dan de vanderwaalsbinding.

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Uitbreiding moleculaire stoffen

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Zet de moleculen op volgorde van oplopend kookpunt. Zoek de kookpunten niet op, maar verklaar aan de hand van de structuurformule en betrokken bindingstypen.

CH4 (methaan), C2H6 (ethaan), CH3OH (methanol)
A
methaan, ethaan, methanol
B
ethaan, methaan, methanol
C
methanol, ethaan, methaan
D
methanol, methaan, ethaan

Slide 32 - Quiz

Uitleg quizvraag
  • Methanol kan als enige een H-brug vormen, vanwege de OH-groep. 
  • Ethaan heeft een hogere massa dan methaan, dus de vanderwaalsbinding in ethaan is sterker dan in methaan.
  • De H-brug is sterker dan de vanderwaalsbinding, dus methanol heeft het hoogste kookpunt.
  • Volgorde van laag naar hoog kookpunt: methaan, ethaan, methanol.

Slide 33 - Diapositive