Tegenstellingen
Hoe gaat het met je?
😒🙁😐🙂😃
1 / 35
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Hoe gaat het met je?
😒🙁😐🙂😃
Slide 1 - Sondage
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Wat is de tegenstelling ?
koud - ?
koud - ?
A
droog
B
nat
C
warm
D
dun
Slide 11 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
droog - ?
droog - ?
A
vies
B
nat
C
oud
D
schoon
Slide 12 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
oud - ?
oud - ?
A
nieuw
B
dik
C
vuil
D
groot
Slide 13 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
klein - ?
klein - ?
A
dun
B
dik
C
groot
D
nieuw
Slide 14 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
dicht - ?
dicht - ?
A
koud
B
warm
C
nieuw
D
open
Slide 15 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
los - ?
los - ?
A
vast
B
open
C
warm
D
groot
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
Wat is de tegenstelling ?
leeg - ?
leeg - ?
A
hoog
B
rijk
C
snel
D
vol
Slide 27 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
rijk - ?
rijk - ?
A
arm
B
dun
C
laag
D
klein
Slide 28 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
licht - ?
licht - ?
A
arm
B
duur
C
leeg
D
zwaar
Slide 29 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
zacht - ?
zacht - ?
A
arm
B
hard
C
leeg
D
vol
Slide 30 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
hoog - ?
hoog - ?
A
dun
B
goedkoop
C
laag
D
vol
Slide 31 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
lekker - ?
A
dun
B
hard
C
vies
D
zwaar
Slide 32 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
snel - ?
snel - ?
A
hoog
B
langzaam
C
open
D
vast
Slide 33 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
arm - ?
arm - ?
A
leeg
B
nat
C
nieuw
D
rijk
Slide 34 - Quiz
Wat is de tegenstelling ?
goed - ?
goed - ?
A
arm
B
fout
C
vies
D
warm
