Blok 1 Mijn eigen omgeving deel 1

Welkom bij M&M
Wat neem je altijd mee?
Hoe gaan we te werk? 
 Wat leer je bij het vak m&m?
Uitleg en opdrachten
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo, mavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij M&M
Wat neem je altijd mee?
Hoe gaan we te werk? 
 Wat leer je bij het vak m&m?
Uitleg en opdrachten

Slide 1 - Diapositive

De agenda voor de komende 8 weken
Week 35 
Week 36
Week 37
Week 38
Week 39
Week 40
Week 41
Mijn eigen omgeving

Mijn eigen omgeving
Landschap

Mijn familie
Perioden
Mijn familie & PW
1.1
Parijs, lessen vallen uit.
1.2


Passende afbeelding
    Iedereen hetzelfde = zwart. Basis = Oranje. Verdieping = blauw

Slide 2 - Diapositive

Lesplanning
Dinsdag
Donderdag
Vrijdag
Introductie.
- Je weet wat je leert bij m&m
- Je kunt vertellen wat inzoomen en uitzoomen is.
- Je weet welke plaatsen bij je eigen omgeving horen

De verdiepingsdoelen van vrijdag worden vandaag ook al behandeld.


- Drie belangrijke dingen noemen, waar je op moet letten als je naar een kaart kijkt. 
- Van een kaart zeggen of het een thematische kaart, een overzichtskaart of een topografische kaart is.

- Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een natuurlandschap en een ingericht landschap is.
- Je kunt zelf voorbeelden noemen van natuurlijke en inrichtingselementen.

Slide 3 - Diapositive

Wie is deze man en waarvan kennen we hem?

Slide 4 - Question ouverte

Mijn omgeving 
Je kan inzoomen en uitzoomen op een gebied; 
  • Bij inzoomen zie je een steeds kleiner gebied, maar je ziet wel veel details.
  • Bij uitzoomen zie je een steeds groter gebied en zie je minder details.

Slide 5 - Diapositive

  • Uitzoomen 
  • Uitzoomen 
  • Inzoomen
  • Inzoomen

Slide 6 - Diapositive

Sleep de woorden naar de juiste plek

Bij                                         ga je van een groot gebied naar een kleiner gebied.
Bij                                         ga je van een klein gebied naar een groter gebied.
Uitzoomen
Inzoomen

Slide 7 - Question de remorquage

Inzoomen
Uitzoomen
Dichterbij
Meer details
Een groter gebied
Minder details
Verder weg
Een kleiner gebied

Slide 8 - Question de remorquage

Natuurlandschap
Natuurlandschappen:
  • Zijn landschappen met alleen Natuurlijke elementen.

Natuurlijke elementen zijn niet door de mens gemaakt. 
Voorbeelden zijn:
  • Meren
  • Bergen
  • Rivieren
  • Oerwouden

Slide 9 - Diapositive

Ingerichte landschap
Ingerichte landschappen:
  • Zijn landschappen met inrichtingselementen en natuurlijke elementen

Inrichtingselementen zijn door de mens gemaakt of aangelegd. 
Voorbeelden zijn:
  • Wegen
  • Gebouwen
  • Bruggen
  • Kanalen


Slide 10 - Diapositive

Verwerken
  • Maak opdracht 2 en 3 in tweetallen
  • We maken opdracht 4 en 5 klassikaal
  • Basis: Maak opdracht 6, 9 en 10 
  • Verdieping Maak opdracht 6 tot en met 12

Slide 11 - Diapositive

Beantwoord de volgende vragen in je schrift
Wat is inzoomen?

Wat is uitzoomen?

Welke plaatsen horen bij jouw omgeving?

Verdieping: Kijk naar de LessonUp en leg voor jezelf uit wat het verschil is tussen een ingericht landschap en een natuurlandschap.

Slide 12 - Diapositive

Exit ticket
Stel één vraag over iets dat je
nog niet zo goed hebt begrepen. Als alles
duidelijk was geef je dat gewoon aan

Slide 13 - Carte mentale

Lesplanning
Dinsdag
Donderdag
Vrijdag
Introductie.
- Je weet wat je leert bij m&m
- Je kunt vertellen wat inzoomen en uitzoomen is.
- Je weet welke plaatsen bij je eigen omeving horen


- Drie belangrijke dingen noemen, waar je op moet letten als je naar een kaart kijkt. 
- Van een kaart zeggen of het een thematische kaart, een overzichtskaart of een topografische kaart is.

- Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een natuurlandschap en een ingericht landschap is.
- Je kunt zelf voorbeelden noemen van natuurlijke en inrichtingselementen.

Slide 14 - Diapositive

Instapvraag
Overleg in tweetallen en schrijf het antwoord op in je schrift:
1) Is deze kaart ingezoomd? Leg je antwoord uit.
2) Verwacht je op deze plek een ingericht landschap of een natuurlandschap?

Slide 15 - Diapositive

Hoe ging je huiswerk?
Is het af?
Heb je het precies gemaakt? 
Zijn het hele zinnen? 
Kun je dit als samenvatting voor de toets gebruikt?

Slide 16 - Diapositive

Kenmerken van kaarten
Voor kaartlezen heb je vier dingen nodig:
  • titel
  • legenda
  • schaal
  • noordpijl

Slide 17 - Diapositive

De Schaal
Op een kaart is een gebied veel kleiner dan in het echt. Met de schaal weet je hoeveel keer het gebied is verkleind.

Slide 18 - Diapositive

We lezen samen het kopje en gaan dan aan het werk.

Kaarten in de atlas

Slide 19 - Diapositive

Verwerken
  • Iedereen: Maak opdracht 13 tot en met 15
  • Verdieping: Maak opdracht 16.

Slide 20 - Diapositive

Ik weet het verschil tussen weer en klimaat
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Sondage

Ik begrijp wat het verschil is tussen een hoge en een lage breedteligging
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Sondage