4.2 Oorzaken van conflicten

4.2 Oorzaken van conflicten






3 havo
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

4.2 Oorzaken van conflicten






3 havo

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je nog van de vorige les: wat betekent separatisme?
A
De wens van het volk om zich van een staat te scheiden
B
De wens van het volk om invloed te hebben in een land
C
De wens van het volk om te bepalen welke religie er is in een land

Slide 2 - Quiz

Wat weet je nog van de vorige les: wat is een voorbeeld van een intern conflict?
A
De strijd tussen Pakistan en India
B
De opstanden in Catalonië
C
De strijd tegen ISIS
D
WO II

Slide 3 - Quiz

Lesdoelen 
  • Je weet welke oorzaken van conflicten er zijn
  • Je begrijpt het verband tussen het uitbreken van conflicten, het tot stand brengen van vrede en de rol van de overheid daarin
  • Je kunt in een conflict de verschillende partijen en hun standpunten onderscheiden en tegen elkaar afwegen  

Slide 4 - Diapositive

Oorzaken van conflicten
In §4.1 heb je geleerd dat een conflict  zich kan afspelen binnen een land, maar ook tussen verschillende landen. 

Een conflict heeft zelden één oorzaken, vaak is er sprake van meerdere oorzaken.  


Slide 5 - Diapositive

Economische oorzaken
  • De aanwezigheid van natuurlijke hulpbronnen in een land zorgt voor problemen, maar ook voor inkomsten. Helaas komen de opbrengsten niet altijd ten goede aan de bewoners.

  • De winning van deze grondstoffen zorgen vaak voor ecologische problemen. Bijv. vergiftiging van rivieren in Peru door goudwinning. En in Nigeria maken lekkende oliepijpleidingen hele gebieden onbruikbaar voor bewoning.

  • Door onrechtvaardigheid ontstaan conflicten. In Peru werd de leider van een dorpsprotest tegen een goudmijn vermoord. En in Nigeria loopt het aantal doden door sabotage aan pijpleidingen en aanslagen op aardoliemaatschappijen in de honderden per jaar.

Slide 6 - Diapositive

Onherbergzame gebieden zijn soms rijk aan grondstoffen. Het probleem is dat mensen die in deze gebieden wonen hier niet van profiteren. De winning van grondstoffen leidt vaak tot grote ecologische problemen. Leg uit waarom in deze gebieden wel of geen grote kans is op conflicten.

Slide 7 - Question ouverte

Waar gaat het geld naartoe dat wordt verdient met delfstoffen (natuurlijke hulpbronnen)
A
Het gebied waar het wordt gevonden
B
Het bedrijf dat de delfstoffen wint
C
Eerlijk verdeeld tussen beide partijen

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Vidéo

1. Welke oorzaken zijn er genoemd voor het conflict tussen Iran en Saudi-Arabië?
2. Tot welke van de 4 oorzaken in §4.2 behoren de redenen genoemd bij 1.

Slide 10 - Question ouverte

Demografische oorzaken

'Jeugdbult': een groot aandeel van 15-29 jarige in de bevolking.

Grote werkloosheid zorgt voor extra onrust.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Wat valt je op aan deze kaart?

Slide 13 - Question ouverte

Slide 14 - Diapositive

Waar denk je dat eerder een conflict voorkomt?
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Gelijk

Slide 15 - Quiz

Rol van de overheid
  • In conflictgebieden is vaak dictatuur (= de macht in een land bij een persoon of groep), zoals in Noord-Korea en Iran.

  • Soms is er ook sprake van een fragile state, een zeer zwakke staat, zoals Centraal-Afrikaanse Republiek. In deze landen heeft de overheid vrijwel geen controle en is er veel corruptie en economische chaos.

Slide 16 - Diapositive

Waarom is Peru een fragile state terwijl dit land wel een democratie is?

Slide 17 - Question ouverte

Paragraaf 4.2
Ik heb extra uitleg nodig over: Economische oorzaken
Ik heb extra uitleg nodig over: Culturele en demografische oorzaken
Ik heb extra uitleg nodig over: De rol van de overheid
Ik heb extra uitleg nodig over de hele paragraaf
Ik denk er even over na en kom er volgende week op terug
Ik begrijp de hele paragraaf

Slide 18 - Sondage

Studieplanner
Maak de opdrachten van §4.2 en controleer je antwoorden zelf. 


Slide 19 - Diapositive