Trump: De man, de mythe, de president

Trump: De man, de mythe, de president

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je de basisprincipes van het presidentschap van Donald Trump benoemen.

Vertel de studenten wat ze zullen leren tijdens deze les.

Wat weet je al over Trump?

Wie is Trump?

Donald Trump is een Amerikaanse zakenman, televisiepersoonlijkheid en politicus. Hij was van 2017 tot 2021 president van de Verenigde Staten.

Geef een korte inleiding tot wie Donald Trump is en waar hij vandaan komt.

Achtergrond

Trump werd geboren en getogen in New York City en was al op jonge leeftijd betrokken bij het familiebedrijf, The Trump Organization.

Geef achtergrondinformatie over waar Trump vandaan komt en zijn vroege carrière.

Politieke carrière

Trump begon zijn politieke carrière in 2015 toen hij zijn kandidatuur voor de Republikeinse presidentsnominatie aankondigde. Hij won de nominatie en versloeg Hillary Clinton bij de presidentsverkiezingen van 2016.

Beschrijf Trump's politieke carrière en hoe hij president werd.

Beleid

Trump's beleid omvatte onder andere belastingverlagingen, deregulering, immigratiebeperkingen, en de terugtrekking van de VS uit het Klimaatakkoord van Parijs.

Beschrijf Trump's belangrijkste beleidsmaatregelen als president.

Reacties op Trumps presidentschap

Trump's presidentschap was controversieel en er waren veel protesten tegen zijn beleid. Tegelijkertijd had hij ook veel loyale supporters.

Beschrijf de reacties op Trump's presidentschap en het politieke klimaat tijdens zijn ambtstermijn.

Impeachment

Trump werd twee keer geïmpeached door het Huis van Afgevaardigden, maar beide keren werd hij vrijgesproken door de Senaat.

Beschrijf de impeachment-procedures tegen Trump.

Nalatenschap

Trump's nalatenschap als president is nog steeds aan het ontstaan. Sommigen beschouwen hem als een succesvolle leider, terwijl anderen hem bekritiseren vanwege zijn controversiële beleid.

Beschrijf de huidige perceptie van Trump's nalatenschap als president.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.