8.4 je bloedsomloop

je leert:
- welke soorten bloedvaten je hebt

- hoe het bloed in je lichaam stroomt

- wat is je bloeddruk

- krijgt een orgaan evenveel bloed

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

je leert:
- welke soorten bloedvaten je hebt

- hoe het bloed in je lichaam stroomt

- wat is je bloeddruk

- krijgt een orgaan evenveel bloed

Slide 1 - Diapositive

8.4 je bloedsomloop

Slide 2 - Diapositive

welke soorten bloedvaten:
slagaders: sterke en dikke wand, harde druk, naar alle organen
kransslagaders: voorziet hart van zuurstof en voedingsstoffen
aders: sla en dunne wand, zachte druk, naar hart
haarvaten: voorziet organen van zuurstof en voedingsstoffen door kleine gaatjes in de wand.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Sleep de onderdelen naar het hart!
Rechterboezem
Rechterkamer
Linker
boezem
Linkerkamer

Slide 5 - Question de remorquage

bloedstroom:
kleine bloedsomloop: hart - longen - hart
brengt CO2 en afvalstoffen weg en neemt zuurstof op
grote bloedsomloop: hart - organen - hart
brengt zuurstof en voedingstoffen weg en neemt co2 en afvalstoffen mee

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

bloeddruk:
je meet de bloeddruk tegen je wanden
bovendruk: maximaal, als de kamers samentrekken.
onderdruk: minimaal, als hartpauze is

arts meet bij armslagader. Door een band drukt hij de slagader dicht. Daarna geleidelijk open. Bovendruk is de eerste toon die hij hoort tot geen toon.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

krijgt een orgaan evenveel bloed:
In rust ongeveer 70 slagen per minuut.

Bij inspanning meer bloed naar spieren en minder naar verteringsorganen.

Slide 10 - Diapositive

Bloeddruk
Hoge bloeddruk
Lage bloeddruk

Slide 11 - Diapositive

Door welke bloedvaten stroomt het bloed vanuit je lichaam terug naar het hart?
A
Aders
B
Haarvaten
C
Slagaders
D
de aorta

Slide 12 - Quiz

Tekst
Slagaders
Haarvaten
Aders
Gespierde wand
1 cellaag dik
'Dunne' wand, weinig gespierd
Vervoert bloed 
van hart af
Heeft kleppen
Hier is gaswisseling

Slide 13 - Question de remorquage

welke drie soorten bloedvaten zijn er?
A
Aorta, slagaders en aders
B
Aorta, aders en haarvaten
C
Aorta, slagaders en haarvaten
D
Slagaders, aders en haarvaten

Slide 14 - Quiz

De holle ader bevat bloed met...
A
veel zuurstof
B
weinig zuurstof

Slide 15 - Quiz

de aorta komt van ....
A
de linkerkamer
B
rechterkamer
C
linkerboezem
D
rechterboezem

Slide 16 - Quiz

welk bloedvat bevat veel zuurstof
A
longader
B
longslagader

Slide 17 - Quiz

Hoe heet het bloedvat dat bloed brengt naar de rechterboezem
A
holle slagader
B
holle ader
C
aorta

Slide 18 - Quiz

Waar ligt je hart
A
Borstholte
B
Buikholte

Slide 19 - Quiz

In de afbeelding zie je het hart met enkele bloedvaten

welk punt geeft een kransslagader aan?

Slide 20 - Question de remorquage

hoe loopt de kleine bloedsomloop?
A
hart, longen, hart
B
hart, lichaam, hart
C
lichaam, hart
D
longen, hart

Slide 21 - Quiz

Het hart krijgt ZELF zuurstofrijkbloed dankzij de:
A
Longader
B
Kransslagader
C
Kransader
D
Aorta

Slide 22 - Quiz

Waar liggen de kransslagaders?
A
In je hoofd
B
In je longen
C
In je hart
D
In je benen

Slide 23 - Quiz


Wat is er bijzonder aan de longader?
A
De bloeddruk is er hoog
B
Hij loopt van het hart af
C
Hij bevat zuurstofrijk bloed
D
Hij heeft een gespierde wand

Slide 24 - Quiz