6.1 en 6.2

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Elektriciteit maken
Energiebronnen leveren elektrische energie. 

Een elektrische energiebron noem je ook wel een spanningsbron. 

Slide 2 - Diapositive

Batterijen en Accu's
Batterijen en accu's maken energie door middel van een chemisch proces. 

Bij een chemisch proces reageren stoffen op elkaar. Zijn deze stoffen op? Dan stopt ook het proces en wordt er geen energie meer gemaakt. Dan zijn de batterijen leeg. 

Slide 3 - Diapositive

Penlite (staafbatterij)
1,5 Volt
Bouw van een batterij

Slide 4 - Diapositive

Dynamo en generator
Een dynamo en generator maken door middel van beweging elektriciteit.  

Een elektriciteitscentrale maakt elektriciteit met behulp van een enorme generator. 

Slide 5 - Diapositive

Wat is GEEN spanningsbron?
A
Batterij
B
Stopcontact
C
Accu
D
Stekker

Slide 6 - Quiz

Wat zijn voorbeelden van spanningsbronnen
(Meerdere antwoorden mogelijk)
A
Een waterkoker
B
het stopcontact
C
een batterij
D
Een spannende film

Slide 7 - Quiz

Welke van deze spanningsbronnen geeft 230V?
A
Stopcontact
B
Batterij
C
Accu
D
Generator

Slide 8 - Quiz

Spanningsbron
De hoeveelheid energie die een apparaat krijgt, hangt o.a. af van de spanning van de spanningsbron. 

Slide 9 - Diapositive

Spanning
De eenheid van spanning is Volt. 

Grootheid = Spanning = U
Eenheid = Volt = V

Slide 10 - Diapositive

De eenheid van spanning is .....
A
h
B
W
C
A
D
V

Slide 11 - Quiz

Het symbool voor spanning is ......
A
I
B
U
C
P
D
t

Slide 12 - Quiz

Stroomkringen
Een stroomkring moet gesloten zijn om 
te kunnen werken. Een onderbroken 
stroomkring werkt niet. 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

Stroomsterkte
Door een stroomkring gaat een stroom. De stroomsterkte geeft aan hoe groot de stroom is. De stroomsterkte wordt aangegeven met de eenheid Ampère. 

Grootheid = Stroomsterkte = I
Eenheid = Ampère = A

Slide 15 - Diapositive

Het symbool voor stroomsterkte is .....
A
P
B
U
C
I
D
t

Slide 16 - Quiz

De eenheid van Stroomsterkte is?
A
V
B
I
C
A
D
U

Slide 17 - Quiz

Geleider of Isolator?
Een geleider geeft de elektriciteit goed door. 

Een isolator geeft de elektriciteit niet goed door. 

Slide 18 - Diapositive

Isolatoren
  • Rubber
  • Glas
  • meeste plastics

Bijna alle stoffen die niet metaal zijn fuctioneren als isolator

Slide 19 - Diapositive

Een isolator houdt de stroom tegen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

Koper is een isolator
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quiz

Welk van onderstaande stof is een isolator?
A
zilver
B
papier
C
goud
D
koolstof

Slide 22 - Quiz

Een geleider geeft de stroom goed door
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quiz

Schrikdraad is een goede geleider
A
Goed
B
Fout

Slide 24 - Quiz

Het handvat van schrikdraad is een goede geleider.
A
Goed
B
Fout

Slide 25 - Quiz

Een voorbeeld van een geleider is
A
Kopje
B
Metalen lepel
C
Bord
D
Glas

Slide 26 - Quiz

Welk van onderstaande stof is een geleider?
A
rubber
B
hout
C
lood
D
wol

Slide 27 - Quiz

0

Slide 28 - Vidéo

Weektaak
6.1 en 6.2


Slide 29 - Diapositive