2025-02-03 G3 Grieks

Leerdoelen

  • Ik kan mijn fouten op de toets toelichten.
  • Ik kan uitleggen hoe οὗτος wordt verbogen
















Weektaak

  • herhalen: W t/m les 21
  • leren W les 22 (100%)
  • leren: verb. aanw. vnw (ὅδε/ἐκεῖνος/οὗτος)
  • doen: Drill 5.8 οὗτος (100%)
  • maken (deels in de les): T 22, r. 1-17




1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Leerdoelen

  • Ik kan mijn fouten op de toets toelichten.
  • Ik kan uitleggen hoe οὗτος wordt verbogen
















Weektaak

  • herhalen: W t/m les 21
  • leren W les 22 (100%)
  • leren: verb. aanw. vnw (ὅδε/ἐκεῖνος/οὗτος)
  • doen: Drill 5.8 οὗτος (100%)
  • maken (deels in de les): T 22, r. 1-17




Slide 1 - Diapositive

Dagopening: Een beetje begrip

  • Wat betekent het spreekwoord
      'Onbekend maakt onbemind'?


Slide 2 - Diapositive

Begintaak: (n.a.v. de toets)

  • Noteer: nom N mv van θαυμαστός / gen. F ev van αἰσχρός
  • μητερας (ἀθλιους / καλης / μέγας / σοφάς)
  • Kan πεδίον met πολλα congrueren? En σώματα met μέγα?
  • Wat betekent: ὁ τῶν Ἀθηναίων δῆμος?
  • Wat betekent: μέλλω?
  • Kan πολλοί met ἀρετήν congrueren?
  • Noteer de bvb's: Ὁ σὸς υἱὸς τὰ πράγματα τὰ ἐπὶ τῆς γῆς οὐχ ὁρᾷ.

          

Slide 3 - Diapositive

We bespreken de toets. Analyseer je fouten. Na de bespreking moet je kunnen zeggen waar je sterke/zwakke punten zitten en wat je moet/gaat doen om jezelf te verbeteren.

  • fouten in vocabulaire
  • fouten in naamvallen
  • fouten in vertalen
  • fouten in cultuur-vragen
  • slordigheidsfouten

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

deze, dit,
hij, zij, het

dichtbij spreker
het volgende

ὅδε [ὁ ἀνήρ]
[ὁ ἀνὴρ] ὅδε

Slide 6 - Diapositive

die, dat,
hij, zij, het

daar ver weg


ἐκεῖνος [ὁ ἀνήρ]
[ὁ ἀνὴρ] ἐκεῖνος

Slide 7 - Diapositive

Zoek de regelmaat!

Hoe ga je dit leren?

Wat moet je kunnen?
die, dat, deze, dit
hij, zij, het

daar bij jou
het laatstgenoemde


οὗτος [ὁ ἀνήρ]
[ὁ ἀνὴρ] οὗτος

Slide 8 - Diapositive

Zoek de regelmaat!

Hoe ga je dit leren?

Wat moet je kunnen?

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

De woorden van les 22 (half)

οὗτος (F/N?) - ὅδε (F/N?) - ἐκεῖνος (F/N?)

ἰσχυρός (F/N?) - χαλεπός (F/N?) - καθαρός (F/N?)

αὐτος (F/N?)(3) - ἄλλος (F/N?) - ἕκαστος (F/N?)

ὡς (2) - ἤ (2)
          

Slide 12 - Diapositive

Tijd over? Start met T 22.

Slide 13 - Diapositive