Thuiswerk week 2 omrekenen

Omrekenen van km/h naar m/s
In deze les gaan we kijken naar hoe het omrekenen van kilometer per uur naar meter per seconde moet.
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Omrekenen van km/h naar m/s
In deze les gaan we kijken naar hoe het omrekenen van kilometer per uur naar meter per seconde moet.

Slide 1 - Diapositive

Let op eenheden!

Slide 2 - Diapositive

Let dus op de eenheid van snelheid!
Zorg dat je bij het gebruik in de formule altijd de juiste eenheden samen gebruikt.

                         snelheid       tijd    afstand
De eenheid "m/s", bij de "s" en "m"
De eenheid "km/h", bij de "h" en de "km"

Slide 3 - Diapositive

Een auto rijdt met een constante snelheid van 90 km/h over een tijd van 2 uur. Hoe groot is de afstand?

Slide 4 - Question ouverte

Wat is de snelheid als je 120 kilometer aflegt in 2 uur tijd?

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Diapositive

Of snel....
3,6 km/h = 1 m/s
Van groot (kilometer) naar klein (meter) is delen door 3,6

Slide 7 - Diapositive

54 km/h komt overeen met .... m/s

Slide 8 - Question ouverte

De snelheid van een auto is 108 km/h.
Hoe groot is de snelheid in m/s?

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Diapositive

Omrekenen m/s naar km/h

1 meter per seconde (m/s) =  60 meter per minuut = 60 * 60 = 3600 meter per uur. (er zitten immers 60 minuten van elk 60 seconden in een uur).

3600 meter/uur = 3600:1000 = 3,6 kilometer per uur (3,6 km/h)


de h staat voor het engelse hour (of griekse horu) wat 1 uur betekend in het nederlands.

Slide 11 - Diapositive

Of snel....
1 m/s = 3,6 km/h
Van klein (meter) naar groot (kilometer) is vermenigvuldigen met 3,6

Slide 12 - Diapositive

Reken om: 20 m/s is hetzelfde als ....km/h

Slide 13 - Question ouverte

19,44 m/s is ... km/h

Slide 14 - Question ouverte

Nu gaan we het iets moeilijker maken.
Let goed op welke eenheid je gaat gebruiken en welke er wordt gevraagd.

Slide 15 - Diapositive

Anja fiets 16 km in 60 minuten. Wat is haar snelheid in kilometer per uur
A
8 km/h
B
12 km/h
C
16 km/h
D
20 km/h

Slide 16 - Quiz

Jan is aan het wandelen. Zijn loop app geeft aan dat hij 11 minuten over 1 kilometer doet. Hoeveel kilometer per uur loopt hij?
A
11 km/h
B
5,45 km/h
C
3,96 km/h

Slide 17 - Quiz

Davide fiets een mooi rondje op zijn racefiets. Hij fiets 3,5 uur bij een gemiddelde snelheid van 6,66 m/s. Hoever heeft hij gefietst?
A
84 km
B
23 km
C
230 km
D
840 km

Slide 18 - Quiz