Argumenteren 5 havo/vwo

Argumenteren is te leren!
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Argumenteren is te leren!

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je leert de begrippen standpunt, argument, tegenargument, en weerlegging.
  • Je leert welke soorten argumenten er zijn.
  • Je leert welke argumentatieschema's (redeneringen) er zijn. 
  • Je leert of een argumentatie aanvaardbaar is of niet. 
  • Je leert welke argumentatiestructuren er zijn. 

Slide 2 - Diapositive

Waarom heb jij het nodig om goed te leren argumenteren?

Slide 3 - Question ouverte

Soorten argumenten
Met argumenten kun je je eigen standpunt verdedigen of het standpunt van een ander aanvallen. 
Dit doe je door een tegenargument te geven.


Slide 4 - Diapositive

Je kunt argumenten vaak herkennen aan signaalwoorden als want, omdat, namelijk, aangezien en immers.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Argumentatiestructuur
Een argumentatiestructuur is een schema waarin je duidelijk maakt op welke manier argumenten met elkaar en met het standpunt samenhangen. 

Slide 7 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Enkelvoudige argumentatie = één standpunt en één argument
Onderschikkende argumentatie = een argument wordt ondersteund door één of meer subargumenten (=ketenargumentatie)
Nevenschikkende argumentatie = twee of meer argumenten ondersteunen gezamenlijk het standpunt
Onder- en nevenschikkende argumentatie= combinatie van nevenschikkende en onderschikkende argumentatie


Slide 8 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Enkelvoudige argumentatie (een argument bij een standpunt)

Je kunt beter geen alcohol drinken.
Het is slecht voor je gezondheid.

Slide 9 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Onderschikkende argumentatie (een gebruikt argument wordt door een ander argument ondersteund).
Je kunt beter geen alcohol drinken.
Het is slecht voor je gezondheid.
Het is slecht voor je lever.

Slide 10 - Diapositive

Onderschikkende argumentatie (ook 'ketenargumentatie') 
Je geeft niet alleen het argument, maar vertelt ook nog waarom dat argument klopt: een argument voor een argument (Je noemt dit een subargument of een onderbouwing). 
Dit schema wordt vaak verwerkt in een alinea of een zin. 

Slide 11 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Nevenschikkende onafhankelijke argumentatie (ieder argument is op zich een zelfstandig argument voor het standpunt)

Je kunt beter geen alcohol drinken.
Het is slecht voor je gezondheid.
Het is gevaarlijk in het verkeer.

Slide 12 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Nevenschikkende afhankelijke argumentatie (de argument hebben elkaar nodig om het standpunt te ondersteunen).

Heel Nederland heeft last van het slechte weer.
In Noord-Nederland hadden ze te maken met veel schade door de harde wind.
Terwijl Zuid-Nederland met name te maken had met wateroverlast.

Slide 13 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Combinatie van argumentaties 
Je kunt beter geen alcohol drinken.
Het is slecht voor je gezondheid.
Het is gevaarlijk in het verkeer.
Het is duur.
Het is slecht voor je lever.
Met drank op moet je een taxi nemen.
Een taxi kost meer dan zelf rijden.

Slide 14 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Stelling: Het festival van afgelopen weekend was niet leuk.
Schrijf de argumentatiestructuur op:

  • Het regende drie dagen onafgebroken. 
  • Een flesje water kostte 5 euro.
  • Het vliegtuig had vertraging. 
  • Het was erg duur. 
  • De hoofdact kwam niet opdagen. 

Slide 15 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Het festival van afgelopen weekend was niet leuk.
Het vliegtuig had vertraging. 
Het was erg duur. 
De hoofdact kwam niet opdagen.
Een flesje water kostte 5 euro. 
Het regende drie dagen onafgebroken.

Slide 16 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Maak van onderstaande stelling en argumenten een argumentatiestructuur. Noteer ook welke structuur je gebruikt hebt.
Tijdens huiswerkuren ben je verplicht aanwezig.
Er is geen afleiding door tv, telefoon of familieleden.
Huiswerk maken op school is beter voor de leerresultaten.
De kans dat je je huiswerk maakt is groter.
Je werkt op school onder toezicht.
Op school kun je je beter concentreren.
Je kunt om hulp vragen bij docenten.

Slide 17 - Diapositive

Argumentatiestructuren
Huiswerk maken op school is beter voor de leerresultaten.
Op school kun je je beter concentreren.
Je kunt om hulp vragen bij docenten.
De kans dat je je huiswerk maakt, is groter.
Er is geen afleiding door tv, telefoon of familieleden.
Je werkt op school onder toezicht. 
Tijdens huiswerkuren ben je verplicht aanwezig.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Lien

Redeneringen= argumentatieschema's
Redenering (argumentatie) = standpunt + argument(en)

In de volgende video wordt uitleg gegeven over de verschillende redeneringen die er zijn. 
Noteer de vijf redeneringen die in het filmpje aan bod komen. 

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Verandering
In het filmpje en in je boek wordt gesproken over redeneringen --> dit moet je veranderen in argumentatieschema's.

Slide 22 - Diapositive

Nog een verandering
In het boek en in het filmpje worden vijf argumentatieschema's (redeneringen) besproken. 
Er is nog een zesde soort: 
Argumentatieschema's op basis van autoriteit!

Slide 23 - Diapositive

Voorbeeld bij autoriteit
Suiker blijkt veel ongezonder dan onverzadigd vet te zijn (standpunt). Het Voedingscentrum (betrouwbare autoriteit) presenteert dit in zijn nieuwe Schijf van Vijf en biedt alternatieven (argument). 

Slide 24 - Diapositive

nog een voorbeeld
Een beschaafde Nederlander laat zijn kinderen inenten (standpunt). Het RIVM (betrouwbare autoriteit) maakt zich ernstige zorgen over het grote aantal kinderen dat niet meer beschermd wordt door zijn ouders (argument).

Slide 25 - Diapositive

Het Nederlands verloedert want jongeren gebruiken steeds meer Engelse woorden als spam, hacken, gamen, cool, relaxed en chill.
A
argumentatie op basis van voorbeelden
B
argumentatie op basis van oorzaak-gevolg
C
argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap
D
argumentatie op basis van overeenkomst

Slide 26 - Quiz

Als Jett Rebel volgend jaar optreedt op Lowlands gaan we zeker weer naar het festival. Vorige keer was hij ook top.
A
argumentatie op basis van voorbeelden
B
argumentatie op basis van oorzaak-gevolg
C
argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap
D
argumentatie op basis van overeenkomst

Slide 27 - Quiz

Volgens zijn arts heeft hij bloedarmoede. Hij had namelijk allerlei symptomen die er op wijzen: last van vermoeidheid, hartkloppingen, duizeligheid, oorsuizingen en hoofdpijn.
A
argumentatie op basis van voorbeelden
B
argumentatie op basis van oorzaak-gevolg
C
argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap
D
argumentatie op basis van overeenkomst

Slide 28 - Quiz

Het wordt warmer op aarde en dat komt door het broeikaseffect.
A
argumentatie op basis van voorbeelden
B
argumentatie op basis van oorzaak-gevolg
C
argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap
D
argumentatie op basis van overeenkomst

Slide 29 - Quiz

Zondag met Lubach
Je bekijkt zo een aflevering van Zondag met Lubach over het legaliseren van xtc-pillen. 
Welke argumenten worden voor deze legalisering gegeven?
Wat voor soort redeneringen zijn het (op basis van voor- en nadelen, overeenkomst, kenmerk of eigenschap, oorzaak-gevolg, etc.)?

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Zondag met Lubach
Volgens Kees Kramers, hoogleraar medicatieveiligheid, moet xtc gelegaliseerd worden. Welke twee argumenten noemt hij? Op wat voor argument is zijn argument gebaseerd?

Arjen Lubach gaat in op deze argumentatie en komt zelf ook met een ander argument. Welk argument is dat? Op wat voor argument is zijn argument gebaseerd?

Slide 32 - Diapositive

Zondag met Lubach
Volgens Kees Kramers is het legaliseren van xtc een goed idee, omdat we dan pillen krijgen die goed en zuiver zijn en waarvan we weten wat het is. Hierdoor kan er een goede voorlichting worden gegeven. 
Het andere voordeel is dat we de criminaliteit de wind uit de zuilen nemen.
Argumentatie gebaseerd op voordelen (en nadelen)

Slide 33 - Diapositive

Zondag met Lubach
Arjen Lubach vindt dat xtc gelegaliseerd moet worden, omdat pillen dan veiliger zullen zijn en dat er daardoor minder ongelukken gebeuren met vervuilde pillen.
Argumentatie op basis van oorzaak-gevolg

Slide 34 - Diapositive

Herhaling 
Welke zes verschillende redeneringen zijn er?

Slide 35 - Diapositive

aanvaardbaarheid argumentatie

Slide 36 - Diapositive

Geloofwaardigheid
De schrijver van een betoog wil zijn publiek overtuigen van zijn mening. Hij moet geloofwaardig over komen als hij dit doel wil bereiken. 

Slide 37 - Diapositive

Geloofwaardigheid
Schrijf in je schrift:
  • gebeurtenis 1: Ik heb wel eens ...
  • gebeurtenis 2:  Daarnaast heb ik ook ...

Let op! Eén gebeurtenis is waar, de andere verzonnen. Geef over beide gebeurtenissen evenveel info en details: zo kom je geloofwaardig over. 

Slide 38 - Diapositive